Ga naar de inhoud

Acties voor een goed pensioen 28/29 mei 2019

Gesprek met Michel Eggermont, actievoerder bij NS

4 min leestijd

(Door Sjarrel Massop, oorspronkelijk verschenen op solidariteit)

Op 18 maart 2019 waren de acties bij de Nederlandse Spoorwegen en het streekvervoer een groot succes. Mensen deden gretig mee aan de strijd voor eerder stoppen met werken en voor de overige pensioeneisen van de gezamenlijke vakbeweging. Actief in die strijd is kaderlid bij de NS, Michel Eggermont.

Er moet voor de komende periode een flinke schep bovenop om de strijd verder te kunnen voeren. De vakbonden hebben de mensen van de NS opgeroepen evenals hun collega’s van het stadsvervoer, Amsterdam, Rotterdam en Den Haag om op 28 mei voor 24 uur het werk neer te leggen. Een gesprek met Michel over dit voornemen.

Stand van zaken

Hoe was de actiebereidheid voor 18 maart?

Ik vond het wel spannend. Het was eigenlijk ook een beetje onzeker, toen we het besluit namen om met acht standplaatsen mee te doen aan de actie van het stadsvervoer. We hadden weliswaar 1.400 bereidheidsverklaringen binnen, maar we vonden het toch een gok. Binnen twee dagen na ons initiatief sloten veertien standplaatsen aan, dat gaf al direct een goed gevoel. Op de dag zelf was de bereidheid overweldigend, meer dan 90 procent deed mee.

Hoe staat het er nu voor?

De sfeer is vastberaden. Wat ontzettend goed is dat we het samen doen, met het stadsvervoer én deze keer ook met het streekvervoer. Mensen hebben niet het gevoel het alleen te doen.

Welke eisen staan bij de stakende NS’ers centraal?

De pensioenleeftijd en de boete op eerder stoppen spreken het meest aan. In de discussies gedurende de weken voor de actie van de achttiende maart hebben we veel gewerkt met de prognosetabel. Dat wil zeggen: wat is de prognose dat je met een bepaalde geboortedatum met pensioen kan. Met deze informatie keerde het beeld voor veel mensen. Dit is niet een onderwerp wat oudere werknemers aangaat, maar vooral ook de jongeren. De boete op eerder stoppen met werken is natuurlijk van belang, omdat het wel heel moeilijk wordt om met die boete in een sector eerder stoppen af te dwingen.

Hoe staan de stakers tegenover de andere eisen, indexatie en flex?

Natuurlijk is indexatie ook van belang. Zonder indexatie verdampt je pensioen langzaam. Mensen begrijpen ook dat een pensioenstelsel gebaseerd moet zijn op solidariteit en dat iedereen daaraan mee moet kunnen doen. Iedereen kent mensen die van baantje naar baantje zwerven.

Actieve gezamenlijkheid

De oorspronkelijke initiatiefnemers van de strijd, de senioren hebben altijd bepleit dat de sectoren van de bonden samen moeten werken in de strijd. Hoe zie jij dat?

Laten we daarover duidelijk zijn. In de sectoren is feitelijk tot begin dit jaar niks gebeurt. Dat kunnen we onszelf als kader kwalijk nemen, maar er is eigenlijk ook niet enorm op gestuurd vanuit de sector. Nu is er gelukkig wel alle aandacht voor. Dat komt ook wel door het succes van 18 maart. Tot dan was er toch wel veel koudwatervrees.

Een staking organiseer je echter, zeker bij NS, samen met de sectorale bond, de VVMC [Vakbond voor Rijdend Personeel]. Daarnaast kennen de kadergroepen elkaar op lokaal niveau nauwelijks. Dat moet je dus organiseren. Voor de staking van 28 mei hebben we daarom afgesproken om met een aantal kaderleden van FNV Spoor Utrecht naar de garage van U-OV [Utrecht Openbaar Vervoer] te gaan. Later op de dag komen kaderleden van FNV Streek naar het station.

Leeft die wens tot samenwerken?

Het allerbelangrijkste is dat mensen niet het gevoel hebben als enige de kooltjes uit het vuur te moeten halen. Daarom hoorde je telkens ook praten over de acties bij de politie en de brandweer. Die sprongen er toch wel het duidelijkst uit.

Een tijd geleden waren er leden die bij de strijd voor een goede CAO bij het streekvervoer geen goede herinnering hadden bij de rol van de bond. Hoe leeft dat nu?

Ik vind het enorm tof dat Streek deze keer ook mee doet. Wat er vorig jaar is gebeurd, was natuurlijk geen kattenpis. Maar het heeft geen zin om te blijven mokken. De strijd voor een goed pensioen is echt nu of nooit. De chauffeurs die ik tot nu toe sprak, twijfelen of het helemaal gaat lukken, maar hopelijk helpt onze gezamenlijkheid het om veel mensen mee te krijgen.

Hoe kunnen we gezamenlijk – vakbonden, sectoren, leden, bestuurders en vereniging – 28 en 29 mei aanstaande tot een succes maken?

Het allerbelangrijkste is dat we helder blijven over onze eisen. In pamfletten van het CNV wordt al gesproken over minder snelle stijging van de pensioenleeftijd. Die kant moeten we echt niet op. Bevriezen moet bevriezen blijven. Daarnaast moeten we in sectoren het initiatief nemen en daarbij ook wel wat risico durven nemen. Mensen zitten te wachten op dit initiatief.