Ga naar de inhoud

COP15 over biodiversiteit: de twee ruiters van de apocalyps

COP15 is in de week van 7 december van start gegaan in Montreal, Canada. Het is de VN-top over biodiversiteit. In feite is het een internationale bijeenkomst om te bespreken hoe de gevolgen van de opwarming van de aarde en de vernietiging van het milieu voor de natuur kunnen worden aangepakt en beperkt. Zoals Carter Roberts, het Amerikaanse hoofd van het Wereld Natuur Fonds, het verwoordde: “Het is als twee ruiters van de apocalyps – de ene is de klimaatverandering en de andere de natuur. Ze zijn met elkaar verwikkeld.”

6 min leestijd

Door Michael Roberts, van zijn blog, het werd gepibliceerd op 7 december aan de vooravond van de biodiversiteitstop, vertaling globalinfo.nl dol op donateurs, foto: UN Biodiversity, Flickr CC2.0)

“De mensheid is een wapen van massa-uitsterving geworden en regeringen moeten een einde maken aan de “orgie van vernietiging”, zei de secretaris-generaal van de VN, António Guterres, aan het begin van de bijeenkomst. “We zijn niet meer in harmonie met de natuur. In feite spelen we een heel ander lied. Over de hele wereld voeren we al honderden jaren een kakofonie van chaos, gespeeld met vernietigingsinstrumenten. Ontbossing en woestijnvorming creëren woestenijen van ooit bloeiende ecosystemen,” zei hij. “Ons land, water en onze lucht worden vergiftigd door chemicaliën en pesticiden, en wordt verstikt door plastic … De belangrijkste les die we kinderen meegeven is verantwoordelijkheid te nemen voor hun daden. Welk voorbeeld geven we als we zelf deze basistest niet doorstaan?”

Dit alles moet ons doen denken aan wat Marx een “metabole kloof” noemde tussen menselijke activiteit onder kapitalistische productie en de natuur (zie mijn recente bespreking van het boek van Kohei Saito).

De Canadese regering die gastheer is van COP15 heeft als doel 30% van het landoppervlak ter wereld te “redden” voor de “natuur”. Maar zelfs dat cijfer zou betekenen dat de bossen van het Amazonegebied en andere nog ongerepte gebieden in Afrika en Azië nog verder worden aangetast. En hoe zit het met de bestaande milieuschade die wordt veroorzaakt door de eerdere vernietiging van bossen, de vervuiling van onze rivieren en oceanen, en onze steden vol afval en chemicaliën enz.

De officiële en mainstream oplossingen om de 30%-doelstelling te halen en een einde te maken aan de vervuiling van de planeet blijven gebaseerd op de markt. De belangrijkste autoriteit op het gebied van de “economie van diversiteit” is bijvoorbeeld Partha Dagupta van de Universiteit van Cambridge. Hij wil dat regeringen exportbelastingen heffen op primaire grondstoffen zoals palmolie en zeldzame aardmetalen om de vraag te verminderen. Dasgupta stelt ook een wereldwijde belasting op het zeeverkeer voor, waarvan de opbrengst wordt gebruikt om ontwikkelingslanden te compenseren voor het verlies aan biodiversiteit.

Achter dit beleid staat zijn opvatting (en die van de Wereldbank) dat de natuur op de een of andere manier kan worden geprijsd of gewaardeerd, zodat belastingen en subsidies kunnen worden ingevoerd om particuliere kapitaalinvesteringen te sturen, dat wil zeggen om “investeren in de natuur” rendabel te maken. Dasgupta heeft geprobeerd de waarde van natuurlijke rijkdommen te kwantificeren. De VN verwachten van multinationals dat zij “hun toeleveringsketens onder de loep nemen” om de negatieve effecten te beperken, en de andere compenseren met behulp van “natuurmarkten met een hoge integriteit”.

De pogingen van de mainstream economie om de rijkdom van een land te meten met alle activa die bijdragen tot ons economisch welzijn, van gebouwen en fabrieksmachines tot infrastructuur, menselijk en sociaal “kapitaal” en “natuurlijk kapitaal”, schieten ernstig tekort. Rekeningen van natuurlijk kapitaal (Natural capital accounts , NCA), zoals ze worden genoemd, zijn reeksen gegevens over materiële natuurlijke hulpbronnen, zoals bossen, energie en water. Maar deze nationale rekeningen beperken zich tot de productiegrens van de economie. Ze houden geen rekening met natuurlijke goederen en diensten die niet aan markttransacties onderhevig zijn en niet noodzakelijk vaste marktprijzen hebben.

Rijkdom en waarde zijn niet hetzelfde. Vanaf het begin van Marx’ Kapitaal maakt hij een onderscheid tussen rijkdom in samenlevingen en hoe die verschijnt in de kapitalistische productiewijze. Rijkdom is meer dan een verzameling goederen die eigendom zijn van het kapitaal en gewaardeerd worden in geld. Dat is de vorm die rijkdom aanneemt onder het kapitalisme. Rijkdom is de accumulatie van producten en activiteiten die voorzien in menselijke behoeften; dat wil zeggen de accumulatie van gebruikswaarden. En die gebruikswaarden omvatten zowel natuurlijke hulpbronnen als de producten van menselijke arbeid.

Onder het kapitalisme sluit de betekenis van rijkdom de menselijke sociale behoeften uit, evenals de gevolgen voor de rijkdom van aantasting van het milieu, vervuiling, uitbuiting en ongelijkheid. Deze worden niet meegenomen in de kapitalistische accumulatie van particuliere rijkdom. Daarom zijn kapitalistische economieën niet alleen destructief en verkwistend; het kapitalisme is ongeschikt om de mensheid echte rijkdom te verschaffen.

Het antwoord van COP15 is het conventionele mainstream antwoord. “En het promoot de particuliere sector als de financieringsbron van beleidsmaatregelen, en pleit voor “grote vooruitgang bij het opnemen van overwegingen inzake milieu en sociaal bestuur (Environmental and Social Governance ESG) in investeringskeuzes.” Wereldbank). Dit is ironisch wanneer het bewijs van het falen van “ethisch beleggen” met de dag toeneemt.

COP15’s answer is the conventional mainstream one. ”  And it promotes the private sector as the funding source of policy action, arguing for “major progress on incorporating Environmental and Social Governance (ESG) considerations into investing choices.” World Bank).  This is ironic when the evidence of the failure of ‘ethical investing’ is growing by the day.

Tariq Fancy was chief investment officer voor “duurzaam beleggen” bij BlackRock, wat het belangrijkste institutionele gezicht is van de bewering dat ESG-beleggen een belangrijke rol kan spelen bij het helpen van het milieu, het bevorderen van het sociale welzijn, het verantwoordelijk houden van het bedrijfsleven, enzovoort. Fancy vindt het ESG-project intellectueel failliet en schadelijk. “In mijn rol bij BlackRock hielp ik een idee te populariseren dat het antwoord op een duurzame toekomst loopt via ESG en duurzaamheid en groene producten, of met andere woorden, dat het antwoord op het falen van de markt om het algemeen belang op lange termijn te dienen, natuurlijk meer markt is. Een beetje zoals het traditionele antwoord van de wapenlobbyclub NRA op massaschietpartijen en gerelateerde zorgen rond publieke veiligheid – het antwoord is meer wapens.”

Fancy gaat verder: “Ze moeten weten dat ze de mate van overlapping tussen doel en winst overdrijven … Deze leiders moeten weten dat de reeks ideeën die ze hebben voorgesteld op geen enkele manier ook maar in de buurt komen van de uitdaging om de op hol geslagen langetermijnproblemen op te lossen …. En al die andere dingen die ze zeggen – die karketingkletspraat – misleiden de mensen actief.”

Fancy maakt de belangrijkste punten dat ESG-investeringen duidelijk minder winstgevend zijn dan “gewone” investeringen en dat de omvang van ESG-investeringen miniem is in vergelijking met algemene investeringen. De VN gaat ervan uit dat de investeringen in “op de natuur gebaseerde oplossingen” tegen 2025 moeten stijgen tot 384 miljard dollar per jaar, meer dan het dubbele van de huidige stromen – maar daar is weinig kans op. ESG-investeringen bedragen nu 2,5 miljard dollar, vergeleken met een totaal belegd vermogen van 360 miljard dollar wereldwijd.

Fancy concludeert: “Ondernemingen, en het hele juridische en sociale apparaat waarin zij zich bevinden, zijn gebouwd rond het idee dat ondernemingen bestaan om de rijkdom van de aandeelhouders te maximaliseren. Daarvoor zijn ze ontworpen en dat moeten ze ook doen. Denken dat het rommelen met de financiële markten bedrijven geschikt zal maken voor een radicaal ander doel – helpen bij brede sociale problemen die voortkomen uit economische externaliteiten en lastige collectieve actieproblemen – is gewoonweg krankzinnig.”

Het kan niet beter gezegd worden.