Ga naar de inhoud

Lexit: voor een linkse uitstap uit de euro

Lexit (Left Exit) is een netwerk van mensen met verschillende achtergronden uit verschillende Europese landen,  die van oordeel zijn dat een linkse uitstap uit de Eurozone en uit het neoliberaal integratiebeleid de enige mogelijkheid is om het neoliberalisme effectief te bestrijden en de democratie te verdedigen. U vindt hieronder de gemeenschappelijke verklaring van dit netwerk (Nederlandse vertaling door Ander Europa) en de lijst van de eerste ondertekenaars. Mede ondertekenen kan via de website van het netwerk.

9 min leestijd

(Deze vertaling verscheen oorspronkelijk op de website van Ander Europa)

Democratie en volkssoevereiniteit in plaats van neoliberale integratie en een mislukte euro

Dit document werd gezamenlijk opgesteld door mensen van het Lexit Netwerk. Het werd geschreven en goedgekeurd vóór het Brexitreferendum en was niet bedoeld om dat te beïnvloeden.

Met de invoering van de Europese eenheidsmarkt en het verdrag van Maastricht werd de Europese integratie een neoliberaal project op de lange termijn. Het Stabiliteits-en Groeipact, de fundamentele vrijheden van de eenheidsmarkt en de Europese Monetaire Unie zijn het kader geworden om een soberheidsbeleid te voeren, de arbeidsrechten en de welvaartsstaat te ontmantelen en privatiseringen op te leggen in alle lidstaten van de EU.

De gebeurtenissen na de Grote Recessie (2007- 2009) hebben aangetoond dat het huidig Europees integratieproject geen neutrale constructie is, maar gekenmerkt wordt door de regressieve aard van de verdragen en een ongeziene versterking van zijn neoliberaal karakter. De Europese integratie wordt sinds lang gekenmerkt door ongelijke hiërarchische machtsverhoudingen tussen het centrum en de periferie, wat na de Grote Recessie uitmondde in de Duitse dominantie over de economische beleidsoriëntaties van de EU. De autoritaire neoliberale aard van de EU-integratie werd nog versterkt door de ontwikkeling van de regelgeving bij het ontstaan van de Eurozone en door de maatregelen die genomen werden als antwoord op de eurocrisis door het opleggen van steeds striktere en steeds minder gelegitimeerde regels en beleidstructuren (Europluspact, Begrotingsverdrag, enzovoort). Op die manier werd het integratieproject een bedreiging voor de democratie en de volkssoevereiniteit.

De euro – een crisismunt

euroDe eurocrisis is het resultaat van een reeds bij de aanvang verkeerde architectuur van de Europese Monetaire Unie (EMU), met bezuinigingen en terugdringen van de inflatie als belangrijkste doelstellingen. In plaats van te leiden tot economische en sociale convergentie van de lidstaten van de Eurozone groeiden hun economieën steeds verder uit elkaar op het gebied van lonen, productiviteit enzovoort. De EMU creëerde enorme macro-economische onevenwichtigheden (bijvoorbeeld steeds grotere tekorten op de lopende rekening, niet alleen in de zuidelijke periferie van de EU, maar ook in Frankrijk en Italië, en overschotten in Duitsland en enkele andere landen) en ze leidde in een eerste fase tot kapitaalstromen van het centrum naar de periferie van de EU. Deze stroom van goedkoop geld deed speculatieve zeepbellen ontstaan in de vastgoedsector, in de financiële wereld en elders, en leidde tot een enorme verhoging van de private en openbare schuld.

Een belangrijke bron voor deze onevenwichtigheden was het Duitse streven om de loonkost te verlagen door de reorganisatie van het circuit van waardeschepping in de Duitse exportindustrie door goedkope arbeidskrachten uit Oost-Europa, loondumping, belastingverlaging en bezuinigingen in de sociale uitgaven.

Daardoor ontstond een sterke druk op de zwakkere economieën om de internationale concurrentiekracht in hun industriële en dienstensector te verhogen. Aangezien dit in het kader van de EMU niet langer door een monetair beleid bereikt kon worden, gebeurde het door interne devaluatie. Concreet betekent dit ontmanteling van de welvaartsstaat, grootschalige privatisering van openbare diensten en voorzieningen, loonsvermindering en sociale dumping, belastingsconcurrentie, aanvallen op collectieve loononderhandelingen, pogingen om de vakbonden buiten spel te zetten en het demoniseren en massaal ontslaan van ambtenaren.

De euro – een instrument ten bate van het financieel kapitaal

Het is belangrijk op te merken dat dit alles niet het gevolg is van een niet te voorziene ‘constructiefout’ van de Eurozone: de euro doet het goed in de ogen van zijn neoliberale ontwerpers. Neen, de euro leidt niet tot een soort economisch evenwicht tussen de lidstaten, tot economische groei en volledige werkgelegenheid. Hij leidt tot afbraak van de arbeidsrechten, van de systemen van sociale zekerheid, van de openbare sector, van de belasting van de winsten en tot het redden van banken met overheidsgeld.

Politiek gezien functioneert de euro als volgt: hij zet de lidstaten aan tot steeds meer concurrentie, waardoor een land zijn economische positie alleen kan verbeteren door een beleid te voeren gericht tegen de meerderheid van de bevolking en in het voordeel van het Internationaal kapitaal. De euro brengt een neerwaartse spiraal op gang die lonen, pensioenen, uitkeringen, werkgelegenheid en investeringen in de openbare sector naar beneden sleurt.

De gebeurtenissen in Griekenland in de zomer van 2015 hebben het duidelijk aangetoond: het beheer van de Eurozone laat geen beleid toe dat beantwoordt aan de democratische verzuchtingen van een meerderheid als deze ingaan tegen de neoliberale agenda. Toen de regering geleid door SYRIZA probeerde haar programma te realiseren, daarbij gesterkt door het OXI- referendum, haalde de ECB haar financieel geschut boven om de regering tot capitulatie te dwingen en een nieuw memorandum te laten ondertekenen.

De euro – een slecht idee dat geen goed idee kan worden

Tal van auteurs hebben overtuigend aangetoond dat de Eurozone niet voldoet aan de vereisten voor een goed functionerende muntunie, en dat men niet kan verwachten dat dit in de toekomst wel het geval zal zijn. Om een muntunie met zo uiteenlopende productiviteitsniveaus en economische structuren als de Eurozone te laten functioneren, zouden er massale financiële overdrachten nodig zijn om economische onevenwichtigheden tegen te gaan. Betrouwbaar onderzoek toont aan dat zo een 10% van het BBP van de Eurozone herverdeeld zou moeten worden van de sterke naar de zwakkere economieën, een stap die niet alleen politiek gezien onhaalbaar is, maar ook niet wenselijk. De gebeurtenissen in de Eurozone hebben voldoende aangetoond dat de regeringen van donorlanden hun positie aanwenden om het beleid in de ontvangende landen te beïnvloeden, zonder enig respect voor de democratie. De afgelopen jaren waren we er getuige van hoe vlug een dergelijk systeem de volkssoevereiniteit ondermijnt, de volkeren in Europa verdeelt, en de vreemdelingenhaat aanwakkert.

In laatste instantie zou de keuze voor een democratische federale Europese Staat zonder de onevenwichtige machtsrelaties tussen de huidige lidstaten een echte Europese civiele maatschappij vereisen die er niet is, en die niet per decreet ingevoerd kan worden.

Lexit – de oplossing om het neoliberalisme effectief te bestrijden en de democratie te redden

lopenlopenGeconfronteerd met het alarmerend verlies van democratische rechten, de ontmanteling van de welvaartsstaat en de privatisering van gemeenschapsgoed moeten de emancipatorische krachten in Europa werkbare en geloofwaardige alternatieven voorstellen, gebaseerd op de volkssoevereiniteit, tegenover het huidig project van autoritaire neoliberale integratie. Daarom moet Lexit – Left exit – naar voor geschoven worden als een middel ter herovering van de democratie.

De verontrustende opgang van extreemrechts in de meeste eurolanden is onder andere het gevolg van hun opstelling tegen de EU en het eurobeleid. Hun politieke voorstellen zijn misleidend: rechtse anti-eurokrachten strijden bijvoorbeeld voor meer controle op immigratie, maar stellen geen enkele eis voor de controle op de onbeperkte mobiliteit van kapitaal van en naar landen die een beleid van loondaling voeren. Voor hen zou het volstaan om het vrij verkeer van personen in Europa stop te zetten en de Eurozone te verlaten, maar de muntkoers over te laten aan de vrije markt en speculanten. Dit giftig mengsel zouden we ‘xenofoob neoliberalisme’ kunnen noemen.

Om een dergelijk scenario te vermijden hebben we een Lexit nodig: een internationalistisch alternatief gebaseerd op volkssoevereiniteit, solidariteit, sociale rechten, de verdediging van de arbeidsvoorwaarden en de het gemeenschapsgoed.

De onhoudbaarheid van de Eurozone is een objectief feit. Vroeg of laat zal er gekozen moeten worden voor een ontsnappingsroute uit de euro, een rechtse of een linkse, met zeer verschillende gevolgen voor de betrokken sociale klassen. We stellen heel uitdrukkelijk dat het doel van Lexit is om een emancipatorische linkse strategie te ontwikkelen om uit de euro te stappen en uit de neoliberale integratie te ontkomen. De discussie is begonnen, er liggen al verschillende voorstellen op tafel.

We nodigen iedereen die achter Lexit staat uit om aan de discussies en campagnes deel te nemen!

Eerste ondertekenaars:

  • Tariq Ali, author and filmmaker, UK
  • Jorge Amar, Asociación por el pleno empleo y la estabilidad de precios, Spain
  • Prof. em. Yangos Andreadis, Pantheion University, Greece
  • Cristina Asensi, Democracia Real Ya and Money Sovereignty Commission, Spain
  • Prof. Einar Braathen, Oslo and Akershus University College, Norway
  • Prof. Lucio Baccaro, Université de Genève, Switzerland
  • Gina Barstad, No to the EU and Socialist Left Party, Norway
  • Luís Bernardo, Researcher, Portugal
  • Simon Brezan, 4th Group of United Left, Slovenia
  • Prof. Sergio Cesaratto, University of Siena, Italy
  • Prof. Massimo D’Antoni, University of Siena, Italy
  • Alfredo D’Attorre, MP Sinistra Italiana, Italy
  • Fabio De Masi, MEP GUE/NGL, Germany
  • Klaus Dräger, former staff of the GUE/NGL group in the EP, Germany
  • Stefano Fassina, former Vice-Minister of Finance, MP Sinistra Italiana, Italy
  • Prof. Scott Ferguson, University of South Florida, United States
  • Prof. Heiner Flassbeck, Hamburg University and Makroskop, Germany
  • Kenneth Haar, Corporate Europe Observatory, Denmark
  • Idar Helle, De Facto, Norway
  • Inge Höger, MP Die Linke, Germany
  • Prof. Martin Höpner, Max Planck Institute for the Study of Societies, Germany
  • Dr. Raoul Marc Jennar, Political scientist and author, France
  • Dr. Lydia Krüger, Scientific Council of Attac, Germany
  • Kris Kunst, Economy for the people, Germany
  • Wilhelm Langthaler, Euroexit, Austria
  • Prof. Costas Lapavitsas, SOAS University of London, UK
  • Frédéric Lordon, CNRS, France
  • Stuart Medina, Asociación por el pleno empleo y la estabilidad de precios, Spain
  • Prof. William Mitchell, Director of Centre of Full Employment and Equity, University of Newcastle, Australia
  • Joakim Møllersen, Attac and Radikal Portal, Norway
  • Pedro Montes, Socialismo 21, Spain
  • Prof. Andreas Nölke, Goethe University, Germany
  • Albert F. Reiterer, Euroexit, Austria
  • Dr. Paul Steinhardt, Makroskop, Germany
  • Steffen Stierle, Attac and Eurexit, Germany
  • Jose Sánchez, APEEP, Anti-TTIP Campaign, Attac, Spain
  • Gunnar Skuli Armannsson, Attac, Iceland
  • Petter Slaatrem Titland, Attac, Norway
  • Dr. Andy Storey, University College Dublin, Ireland
  • Prof. Wolfgang Streeck, Max Planck Institute for the Study of Societies, Germany
  • Diosdano Toledano, Plataforma por la salida del euro, Spain
  • Christophe Ventura, Memoire des luttes, France
  • Peter Wahl, Weed e.V., Scientific Council of Attac, Germany
  • Erik Wesselius, Corporate Europe Observatory, Netherlands
  • Prof. Gennaro Zezza, Università di Cassino e del Lazio Meridionale, Italy