Ga naar de inhoud

Vriendelijke NAVO?

Internationalisme, geen nationalisme! Oorlog is een wereldwijd gebeuren – in die ene wereld waarin wij sinds de Eerste Wereldoorlog leven. Voor het ‘hart van de arbeidersbeweging’, zoals Rosa Luxemburg de Internationale eens noemde, is oorlog de toetssteen bij uitstek.

7 min leestijd

(Door Angela Klein (*) overgenomen van Ander Europa)

Het was deze toetssteen die de Tweede Internationale deed uiteenvallen: “Proletariërs aller landen, verenigt u in vredestijd, snijdt elkaar de keel over in oorlogstijd“, merkte Luxemburg sarcastisch op in die tijd.

Vandaag is de vraag dubbel acuut. Want alles wijst erop dat de oorlog in Oekraïne slechts een proloog zal zijn voor de grote krachtmeting van de VS tegen China, een generale repetitie om het zo te noemen. En anderzijds is de verdeeldheid binnen de internationale linkerzijde, met name tussen Oost en West, groter dan ooit. Dat is fataal.
Gezien de dreigende situatie is het aangewezen elkaar niet de les te spellen, maar begrip te hebben voor elkaars standpunt, ook al is men het oneens. En om een gemeenschappelijke basis te zoeken.

De dreigingssituatie wordt anders ervaren: ten oosten van de Elbe zien linksen, vooral Oekraïense linksen, het Russische regime en zijn aanspraak op macht als de grootste bedreiging, en voor hen heeft de NAVO een bijna vriendelijk gezicht, dat van een redder en helper. De barbaarsheid van de Amerikaanse oorlogen lijkt voor hen veraf, dit in tegenstelling tot de Russische bezetting.

In het Zuiden voelen de mensen geen dreiging van een Russische bezetting, maar zij zullen de bombardementen van de NAVO en de vernietigingskracht van de schulddictaten van het IMF en de Wereldbank niet vergeten. In de zeldzame welvarende landen, vooral in Europa, viert de angst voor een escalatie van de oorlog in een nucleair conflict hoogtij.
Diep ingewortelde ervaringen en de daaruit voortvloeiende angsten kunnen niet worden weggeredeneerd, ze zijn er. Ze kunnen alleen worden overwonnen door nieuwe, andere ervaringen. Wat moeten we doen?

Deze tegenstrijdigheden kunnen voor sommigen absurd lijken, gezien het feit dat we nu te maken hebben met een mondiaal kapitalistisch systeem dat in het Oosten, en met name in Oekraïne na de val van de Berlijnse Muur, nog brutaler uit de hoek is gekomen dan in andere delen van de wereld. Maar deze zaak gaat niet alleen over ‘klasse tegen klasse’. Voor het Oekraïense volk gaat het in de eerste plaats om het gevaar zijn politieke en culturele onafhankelijkheid te verliezen, want dat zou dictatuur en economische regressie betekenen, het voor lange tijd afgesneden zijn.

De klassenstrijd is dus niet verdwenen, zoals blijkt uit het verzet tegen de nieuwe Oekraïense arbeidswetten. Zij beperkt zich echter tot de binnenlandse gevolgen van de oorlog, waaronder de afkondiging van de staat van beleg. Het gaat niet om de aard van de oorlogsvoering zelf. Alles is nu ondergeschikt aan het doel om de Russische soldaten te verdrijven. Dat is ook onvermijdelijk, want de pijlen momenteel hoofdzakelijk op de Oekraïense oligarchenregering richten, zou betekenen dat men de kant kiest van de Russische bezetters.

Fragiele hoop

De Russische agressie heeft de NAVO niet alleen grote vooruitgang opgeleverd, zij heeft ook een nationale mobilisatie in Oekraïne op gang gebracht waarachter oude vijandbeelden vervagen. Zelfs de fascisten van het Azov-regiment worden helden. En de aanvankelijke reflex om de Russische soldaten te benaderen en hen over te halen te deserteren is ook tot niets herleid, de haat tegen de Russen flakkert op. Er wordt geen onderscheid meer gemaakt tussen de bende van Poetin en degenen die zijn bevelen moeten uitvoeren.

De nationalistische opstelling vanwege de heersende elite hoeft niet te verbazen. Maar het doet pijn dat het niet wordt aangevochten door linksen. En dat heeft zijn prijs. Nationalisme verdeelt, het marginaliseert, het onderdrukt. Je mag geen Russisch meer spreken op kantoor. Zelfs Russische tegenstanders van de oorlog worden tot vijanden verklaard – zoals door de Oekraïense ambassadeur in Duitsland. Dit kan niet werken in een multi-etnische staat; per definitie moet die federaal gestructureerd zijn.

Maar er is geen teken dat het deel van de bevolking dat zich dichter bij de Russische cultuur voelt staan, iets wordt aangeboden. Zelfs na het einde van de oorlog zullen er dus geen vreedzame omstandigheden in Oekraïne tot stand komen. En naar buiten toe maakt deze koers de agressieve, rechts-nationalistische regeringen in Oost-Europa, vooral in Polen en de Baltische staten, hoopvoller.

De broze hoop dat de Oekraïense samenleving uiteindelijk democratischer zal worden, is op weinig meer gebaseerd dan de wens van Oekraïens links dat zijn positie na de oorlog zal verbeteren.

Linkse mensen in het Westen kunnen in deze situatie maar één ding doen: de dialoog zoeken, concrete solidariteit bieden, vooral in arbeidsverband, contacten leggen tussen vrouwengroepen, wederzijds begrip bevorderen. En dat gebeurt ook. Er zijn heel wat hulpkonvooien vanuit de vakbonden, iets waarover we in een nieuwe bijdrage zullen berichten.

Nieuwe Zimmerwald Conferentie

Oekraïense linksen vergissen zich echter in één ding: dat deze oorlog niet ook een innerlijk-imperialistische oorlog is. Met deze motivering werd bijvoorbeeld het voorstel om een Zimmerwald-conferentie 2.0 te houden [1] in een discussie verworpen – hetgeen een startsein zou kunnen geweest zijn voor de zo dringend noodzakelijke internationale anti-oorlogsbeweging.

De betrokkenheid van de NAVO bij de oorlog is niet beperkt tot de levering van zware wapens. De Amerikaanse inlichtingendiensten beroemen zich erop Oekraïne te hebben voorzien van de verkenningsgegevens die onder meer het kelderen van de Moskva mogelijk hebben gemaakt. En men mag aannemen dat Amerikaanse specialisten ter plaatse de vinger aan de trekker hebben gehad. De Britse geheime dienst en zelfs de BND [Duitse buitenlandse inlichtingendienst] zijn er ook openlijk bij betrokken.

Maar de kwestie is het niveau van de ‘ontwikkelingshulp’ allang ontstegen. Op 27 april berichtte de Frankfurter Allgemeine Zeitung over ‘nieuwe doelen’ die nu door de Amerikaanse regering worden nagestreefd, waarbij de Amerikaanse minister van Defensie Austin werd geciteerd: “Wij willen Rusland zodanig verzwakt zien dat het hen onmogelijk wordt te doen wat het met de invasie in Oekraïne heeft gedaan.” Rusland heeft al veel van zijn militaire middelen verloren, zei hij, evenals veel soldaten. “We willen dat ze niet in staat zijn om die middelen snel te vervangen.”

Deze oorlogsdoelen gaan veel verder dan de noodzaak om de agressor het land uit te jagen. Zij zijn erop gericht “de industriële basis van Rusland te vernietigen”, zoals de voorzitter van de EU-Commissie, Ursula von der Leyen, meteen aan het begin van de oorlog aankondigde. Dit zal leiden tot een verdere escalatie en een verlenging van de oorlog, ten koste van met name de Oekraïense bevolking.

Uiterlijk op dit punt verliest de oorlog zijn karakter van een zuiver defensieve oorlog. Voor de elites van de EU en de VS is Oekraïne slechts een pion. De bloedtol wordt betaald door de Oekraïense bevolking en het Russische kanonnenvoer. En de militaire opbouw zal ook leiden tot aanzienlijke bezuinigingen op de sociale begrotingen in de NAVO-landen en ons dichter bij een derde wereldoorlog brengen.

Zich hiertegen te verzetten is het recht – en de plicht – van links in het Westen. Maar hoe langer de oorlog duurt – en de regering van de VS voorspelt dat hij nog lang zal duren (hoe weet zij dat?) – hoe duidelijker het zal worden dat de oorlog ook door de VS wordt gevoerd. Misschien leidt dit wel tot een ommekeer in het denken.

—————-

(*) Angela Klein is redacteur van Sozialistische Zeitung (SoZ) en lid van de Duitse afdeling van de Vierde Internationale (ISO). Dit artikel verscheen op 1 juni 2022 op de website van SoZ . We danken de auteur voor toelating tot vertaling en publicatie.

[1] De Zimmerwaldconferentie was een overleg tussen linkse oorlogstegenstanders, dat plaatsvond tijdens de Eerste Wereldoorlog in september 1917 in het Zwitserse Zimmerwald. Bekende deelnemers waren Lenin, Rosa Luxemburg, Karl Liebknecht, Klara Zetkin,  Anton Pannekoek, Henriette Roland Holst e.a. Gezocht werd naar een socialistisch antwoord op de imperialistische oorlog.  [Noot van de vertaler]