Ga naar de inhoud

Salvadoraanse landbouw vreest genadeslag

SAN
SALVADOR, 17 december (IPS) – Nieuwjaar is geen reden tot feestvieren
voor de meeste Salvadoraanse boeren. Maïsproducenten en veetelers zijn
bang helemaal uit de markt te worden geconcurreerd als het
vrijhandelsverdrag tussen de VS en hun land in maart in werking treedt.

2 min leestijd
Placeholder image

De Salvadoraanse landbouw is nu al zwaar ziek. "De sector is de
afgelopen vijftien jaar kapot gemaakt door de privatisering van het
bankwezen, het opengooien van de economie en een beleid dat inging
tegen de belangen van de boeren", oordeelt Mateo Rendón, de directeur
van de Salvadoraanse Federatie van Coöperaties van de Landhervorming
(Fesacora).

Voor
de burgeroorlog die van 1980 tot 1992 duurde, had El Salvador een
sterke exportlandbouw die het geld liet binnenstromen en goed was voor
honderdduizenden arbeidsplaatsen. Koffie was het belangrijkste
exportproduct. Maar in de jaren tachtig maaiden de vijandelijkheden
tussen het leger, rechtse doodseskaders en linkse rebellen op het
platteland bijna 70.000 mensen weg. El Salvador leed door de
burgeroorlog ook een economisch verlies van meer dan een miljard euro.

Voor
de rest zorgde de politiek. De rechtse regering die in 1989 aan de
macht kwam, maakte een einde aan de landherverdeling ten voordele van
arme boeren waarmee de voorafgaande christen-democratische regering
tijdens de burgeroorlog was begonnen. Ook de nationalisering van het
bankwezen en de buitenlandse handel werden teruggeschroefd.

El
Salvador koos voor liberalisering, wat de bankwereld en de
dienstensector deed opbloeien, maar de meerderheid van kleine boeren in
het land in moeilijkheden bracht. Leningen werden veel duurder en
kleine boeren kregen geen voet meer tussen de deur bij de banken.

Volgens
Rendón was ook de invoering van de Amerikaanse dollar als nationale
munt dodelijk. Ingevoerde meststoffen werden duurder, terwijl de
regering de prijs van maïs – het belangrijkste landbouwproduct – op een
laag niveau bevroor. Dat effect viel samen met een golf van goedkope
importproducten – veelal Amerikaanse levensmiddelen waarvan de
producenten fors gesubsidieerd worden.

Die producten zullen nog
veel makkelijker El Salvador binnen kunnen als het vrijhandelsakkoord
in werking treedt dat de VS afsloot met El Salvador, vier andere
Midden-Amerikaanse landen en de Dominicaanse Republiek. Critici zeggen
dat slechts een beperkte groep van Salvadoranen beter wordt van dat
verdrag.

Kleine boeren begonnen de laatste jaren al massaal hun
akkers te verkopen. Werkloosheid, armoede, misdaad en emigratie zijn
het gevolg. Volgens het Ontwikkelingsprogramma van de VN (UNDP) komt
van elke 100 dollar die het land binnenkrijgt, nu 71 dollar van
uitwijkelingen die geld naar huis sturen. Traditionele landbouwgewassen
brengen nog maar 6 dollar in het laatje. In 1978 waren ze nog goed voor
80 procent van de exportinkomsten. IPS MDG8 (PD/JS)(EINDE/2006)