Ga naar de inhoud

Foute steenkool en de WTO

Op 29 juni en op 1 juli ging actualiteitenprogramma Netwerk (Nederland 2) over de winning en het gebruik van steenkool ten behoeve van de Nederlandse energieproductie. Op 29 juni stonden daarbij de gezondheidsproblemen en milieuvergiftiging in Zuid-Afrika centraal en op 1 juli de moorden op vakbondsleden waaraan mijn-exploitanten in Colombia zich schuldig hebben gemaakt. De titel van het programma: ‘Energiebedrijven medeplichtig aan moord’. De programma’s zijn nog steeds via een internetlink te bekijken [1].

6 min leestijd
Placeholder image

 

(Uit de WTO.ZIP nieuwsbrief nr. 79 van 3 juli 2010)

De EO was op het spoor gezet van deze schendingen van mensenrechten door de organisatie Both Ends die op 25 maart een politiek cafe hield in Den Haag, getiteld “A Burning Issue” [2] en door het filmpje “Acid Mines” dat toen werd vertoond [3]. Both Ends liet casestudies uitvoeren door lokale civil society partners in Colombia, Indonesië en Zuid-Afrika.

Volgens Netwerk is ruim de helft van de naar Nederland geïmporteerde steenkool afkomstig uit Colombia. Negentig procent daarvan zou komen van de bedrijven die paramilitaire operaties financieren. Daarbij zijn tientallen doden zijn gevallen. De Nederlandse energiebedrijven – ondervraagd door Netwerk – verschuilen zich achter zogenaamde ‘marktgevoelige informatie’ en willen niet op de zaak ingaan.

Een Indiaanse die aan het woord komt over de verdrijving van en de moorden op haar dorpsgenoten door paramilitairen in opdracht van mijn-exploitanten (die ter plekke een nieuwe mijn wilden openen), geeft aan dat ook de Nederlanders verantwoordelijkheid dragen omdat onze energiebedrijven bij die exploitanten goedkope (bloed-)kolen blijven kopen. Een mensenrechtenadvokaat vertelt over de moorden op vakbondsleiders door de paramilitairen en zegt aan het eind: “De (Nederlandse) energieleveranciers moeten worden gedwongen om geen besmette steenkool meer te kopen, alleen zo kunnen ze de mensenrechten in Colombia respekteren.” Hoogleraar Internationaal Recht, Van Genugten, vindt dat Nederlandse energiebedrijven kunnen en moeten weten waar hun kolen vandaan komen en dat ze daarom – indirekt – medeplichtig zijn aan de mensenrechtenschendingen. “Ze halen economisch gewin uit die mensenrechtenschendingen ondanks het feit dat ze die zelf niet plegen.”

Tweede Kamer vragenuur

Naar aanleiding van de uitzending van Netwerk zijn er ook kamervragen gesteld door dhr. Koopmans van het CDA [4] aan demissionair minister Huizinga-Heringa (VROM/Milieu).

Koopmans wil dat er een einde komt aan de import aan deze “bloedkolen”. Hij vroeg om de invoering van een verplichte herkomstrapportage voor steenkolen (zoals die ook voor biomassa, olie en uranium geldt) en om maatregelen in de sector om te zorgen dat steenkool traceerbaar wordt zoals geregeld via de zogeheten Cramercriteria [5]. Aan de ernstige mensenrechtenschendingen bij de steenkoolwinning in Colombia kan volgens Koopmans alleen een einde komen wanneer Nederland grote steenkolenproducenten beweegt of zelfs dwingt tot rapportage over de herkomst.

Wat betreft het importeren van 100% aantoonbaar verantwoorde steenkool zei demissionair minister Huizinga-Heringa (VROM/Milieu) te verwachten dat dat alleen kan gebeuren via overleg en afspraken binnen de Wereldhandelorganisatie. Nu is dat onmogelijk door de WTO-regels die verbieden om eisen te stellen aan de import van producten [bijvoorbeeld door het principe van de Production and Process Method (PPM) en verschillende non-trade barriers, red.]. Ze zei eerst met haar collega’s te willen overleggen over het verzoek omtrent verplichte rapportage, maar denkt dat het doel daarvan anders is dan bij biomassa. Ze stelde voor dat de regering nadenkt over het opzetten van een website met herkomst en achtergrond van grondstoffen.

Jansen (SP) vroeg om een overzicht van de voortgang van de onderhandelingen betreffende de non-trade agreements bij de WTO en hoe het zit met de mogelijkheid van de minister om sancties op te leggen aan bedrijven die alle goede bedoelingen aan hun laars lappen. Huizinga zei toe die informatie later te zullen verschaffen, maar zei ook dat het maken van (verplichtende) afspraken over producten en hun achtergrond van duurzaamheid, mensenrechten en sociale criteria alleen in de WTO kan. Volgens haar “een zaak van de lange adem, maar wel een zaak die uiteindelijk echt succes zal bieden.”

Ouwehand (PvdD) gaf net als haar SP-collega aan dat duurzaamheidscriteria eigenlijk zouden moeten gelden voor alle producten. Maar die criteria moeten dan wel hard zijn. “We zien dat voor biobrandstoffen en voor soja die criteria niet hard genoeg zijn om die onderdrukking te voorkomen (zoals waarover Koopmans het in relatie tot steenkool had). Waarom lokken we niet eens een WTO-veroordeling uit? Laten we de grenzen eens opzoeken in plaats van iedere keer zeggen: het mag niet en we krijgen een tik op de vingers. Laat maar komen. Laat ons zien waar we dan staan,” aldus Ouwehand.

Minister  Huizinga-Heringa: “Ik kies echter liever voor de koninklijke weg. Als wij het met die afspraken niet meer eens zijn of vinden dat wij die afspraken moeten veranderen, dan moeten wij dat gewoon in het overleg met elkaar bespreken en ons er niet niets van aantrekken en dan teruggefloten worden, want uiteindelijk schiet je daar niets mee op.”

(Discussie) wordt vervolgd

Netwerk meldde dat de CDA Tweedekamerfractie over deze kwestie een debat heeft aangevraagd voor na het zomerreces (dat tot 7 september duurt).

Belangrijk is dat de kamerleden zich daarbij realiseren dat het mandaat van de Europese Commissaris voor Handel bij de WTO-onderhandelingen voornamelijk is gebaseerd op het bevorderen van de belangen van grote Europese ondernemingen, zoals dat is vastgelegd in het Europese handelsbeleid ‘Global Europe, Competing in the World’ en de nieuwe Europese economische strategie ‘Europe 2020’ [6]. En dat die bedrijven niet zijn geïnteresseerd in mensenrechten of in hogere inkoopkosten, maar juist in hogere winsten. Daarbij worden sommige non-trade barriers in de WTO scherp verdedigd door een aantal grotere ontwikkelingslanden die zo hun markten willen beschermen vanuit de werkelijkheid van een globaal zeer ongelijke speelveld.

Noten:
[1] Netwerk video deel 1
Netwerk, video deel 2.
Ook in de Nederlandse pers is aandacht besteed aan deze kwestie, zoalds hier: “Minister wil ‘fout’ steenkool via WTO aanpakken, Trouw, 29 juni 2010, “Huizinga: foute kolen aanpakken via WTO,” BN De Stem, 29 juni 2010 en “Huizinga: ‘foute kolen’ aanpakken via WTO,” ANP/Volkskrant, 29 juni 2010.
[2] “Political Café: A Burning Issue,” Both Ends, maart 2010.
Zie ook: “A Dutch responsibility. The harm full consequences of coal import” .
[3] youtube
[4] “Vragenuur besmette steenkool,” Verslagen Tweede Kamer, 92e vergadering, Dinsdag 29 juni 2010 [bovenaan en “CDA wil einde aan foute steenkolen,”.
[5] Het gaat hier om een vrijwillige afspraak over wat als ‘duurzaam geproduceerde’ biomassa mag worden bestempeld. Zie: “De CramerCriteria werken nog niet – doelstelling biobrandstof omlaag,” Stichting Milieunet, 14 oktober 2008, “Cramer criteria voor duurzame biomassa geformaliseerd,” Energieplus, 11 maart 2009 en “Duurzame Biomassa Mondiaal“.
[6] Voor meer informatie, zie bijvoorbeeld de website ‘Global Europe, Voor Wie?’ (http://www.voorwie.eu/).
‘Global Europe, Competing in the World’ (link). en ‘Europe 2020‘.

————————

Nieuwsbrief over ontwikkelingen rondom Wereld Handels Organisatie WTO en de Europese Unie. Het is een initiatief van de Werkgroep Globalisering Delft-Den Haag. Aan dit bulletin hebben meegewerkt: Rob Bleijerveld en Kees Hudig. Nieuwsbrief WTO.ZIP (en meer over globalisering) is ook te vinden op: https://www.globalinfo.nl en op http://www.indymedia.nl Voor een gratis email-abonnement en voor het sturen van mededelingen, copy of reacties: onyvaAT xs4all.nl