Ga naar de inhoud

Multinationals Grijpen De Macht

Vrijspel Voor Het Destructief Kapitalisme.  De Franse politica van de ‘Groenen’, Delphine Batho was onder het huidige Franse presidentschap van de socialist François Hollande, minister van Ecologie. In die hoedanigheid stelde zij zich ondermeer op tegen het boren naar schaliegas in Frankrijk. De jonge vrouw kwam hard in de werkelijkheid terecht toen zij, en met haar heel Frankrijk, op een ochtend in juni 2013 een artikel las in Les Échos [Frans financieel dagblad] met als kop: ‘Deze vrouw is een ramp’. Het waren woorden opgetekend uit de mond van de grote baas van een multinationale onderneming. Hij voegde eraan toe dat haar invloed zou worden afgebroken.

9 min leestijd

(Oorspronkelijk verschenen op Libertaire orde)

Batho wordt hier door het Franse weekblad Marianne van 17-23 oktober 2014 geciteerd uit haar boek De ongehoorzame. Zij schreef dat na haar vervroegde vertrek uit de Franse regering. Het citaat loopt door. Batho wijst erop dat het dreigement van de grote baas niet licht mag worden opgevat. Het was namelijk afkomstig van Vallourec wiens vrouw Sylvie Hubas directeur is van het kabinet van Hollande. Sindsdien: Batho is de regering uitgejaagd, Sylvie Hubac zit nog altijd in het Élisée en haar man is nog steeds voorzitter van de grote Franse groep op het gebied van pijpleidingen nodig bij het boren naar… olie.

Dit voorval vormt de opening van een artikel in Marianne over het grijpen naar de macht door multinationale ondernemingen. Het gaat over het uitoefenen van beslissende invloed op de gang van zaken in de wereld en het omzeilen van politieke controle door de (parlementaire) democratie. De aanleiding om deze problematiek aan de orde te stellen, is het onlangs verschenen boek van Susan George getiteld De overweldigers, Hoe de bovennationale ondernemingen de macht grijpen.

Bovennationale ondernemingen

Susan George (1934) is een Amerikaans-Franse filosofe en politicologe die zich al heel lang met de sociaaleconomisch gestuurde machtsvraag bezighoudt. Daarvoor is zij mede actief binnen de andersglobaliseringsbeweging (Attac). Zij heeft niets van een oververhitte revolutionaire. Dat blijkt wel uit het ‘project voor de maatschappij’ dat zij verdedigt. In 2011 schreef zij daar kort het volgende over:

‘We zitten niet op de maan. We hebben niet het antwoord op alle vragen, maar we hebben wel enkele oplossingen. Ons doel is het doen ontstaan van fatsoelijke, rationele maatschappijen waar mensen zo goed als mogelijk kunnen leven, waar zo’n beetje iedereen werk heeft, goed gevoed is en iedereen zijn kinderen een behoorlijke opleiding kan bezorgen’. Inderdaad, weinig schokkend. Toch zal het een heel gevecht zijn zelfs dit te realiseren. Want als het aan de grote bazen ligt, zal dat doel, een nette of wel fatsoenlijke maatschappij (een concept uit het Orwelliaanse socialisme), buiten bereik blijven van heel velen.

Op dit moment houdt zij zich bezig met de problematiek rond de grote vrijhandelsverdragen (zoals die tussen de USA en Europa). Daarbij spreekt zij niet over multinationals maar over transnationale ondernemingen, dus over ondernemingen die boven het nationale niveau uitstijgen. Daarmee brengt zij tot uitdrukking, dat deze bedrijven de staten opleggen te doen wat zij wenselijk achten. Het betreft ondernemingen die in staat zijn overheidsbesluiten op hoog niveau in de staat te beïnvloeden.

Davos-klasse

Hoe hebben die grote ondernemingen hun krachten gebundeld? Daarvoor is in 1971 het ‘Wereld Economisch Forum’ opgericht. Dat organiseert jaarlijks een bijeenkomst in het Zwitserse skidorp Davos. Daar verzamelen zich dan de leiders van de grootste ondernemingen naast internationale politici en staatshoofden, intellectuelen en journalisten uit de hele wereld. Het hoofdkantoor bevindt zich in Genève waar zo’n 400 mensen werken (zie Wikipedia onder ‘World Economic Forum).

Susan George spreekt over de Davos-klasse (zie op deze site ook het vraaggesprek met haar in Siné Mensuel nº 31). Deze klasse heeft de ambitie de leiding over de wereld te hebben. In Davos wordt daarvoor gewerkt aan een contrarevolutie op basis van de neoliberale ideologie. Het programma dat daarvoor is ontwikkeld, draagt als titel ‘Global Redesign Initiative’ (Initiatief tot herstructurering van de wereld).

In dat programma zit het terugbrengen van de machtsverhoudingen van voor 1789 (Franse revolutie). Ter realisatie van het programma bestaat een ‘wereldagenda’, die in een aantal afzonderlijke programma’s is uitgewerkt. Het doel ervan is de belangrijkste besluitvorming in financiële zin, in handen te brengen van bovennationale ondernemingen. Het laten voortbestaan van de staten wordt daarbij gelegitimeerd door hen de uitvoerende instanties te laten zijn van de plannen van de Davos-klasse. Daarnaast zijn de staten nodig voor het hanteren van repressiemiddelen om – indien opportuun – ook fysiek onderdrukkend te kunnen optreden. Hier vindt men dus een parallellie met de uitkomsten die te vinden zijn in het op deze site besproken boek van de Franse econoom Éric Stemmelen Partage ou naufrage over het ‘teugelloos kapitalisme’.

Vrijhandelsverdragen

Een van de middelen van de machtsovername door de bovennationale bedrijven is het sluiten van vrijhandelsverdragen, zoals het Transatlantic Trade and Investment Partnership – TTIP (tussen de EU en de USA). Het werkt als het paard van Troje en bereidt de bedoelde machtovername voor. Daarom wordt er ook gesproken over een ‘explosieve samenzwering tegen de democratie’ (zie Aantekening). Om dit met gegevens te onderbouwen, heeft Marianne een aantal passages uit het boek van Susan George, De Overweldigers, opgenomen. Daaraan ontleen ik het volgende.

Het meest kwaadaardige van de strategie van de Davos-klasse is het desorganiseren van regeringen en het ontmantelen van de bescherming van burgers door middel van vrijhandelsverdragen. Zo zijn in dat soort verdragen steevast opgenomen clausules die erop gericht zijn, te maken dat de investeerders geen last zullen hebben van de staten en de onafhankelijke rechter. Zo wordt aan diens rechtsmacht onttrokken het oordelen over het handelen van investeerders. Mogelijke juridische procedures tegen de staat zullen plaatsvinden bij een privaat tribunaal van arbitrage. In het bijzonder zal het daarbij gaan om verzet te bieden tegen toekomstige, bedreigende beslissingen van een regering (bijvoorbeeld vastgelegd in nieuwe wetgeving).

Stel dat een regering met een wet komt die het boren naar schaliegas verbiedt. Dit bedreigt de olie-industrie, die zich dan bij het tribunaal tegen deze wet kan beklagen en verzetten, zoals het indienen van schadeclaims (bijvoorbeeld met als claim het mislopen van het maken van winst…). Niet alleen wordt zo het idee van de machtenscheiding gebruuskeerd (het uitschakelen van de onafhankelijke rechter), maar ook de (parlementaire) democratie wordt op sterk water gezet.

Dit systeem is afgekeken van het ‘Centrum voor het regelen van geschillen afgeleid van investeringen’ (Cirdi). Het Cirdi is een soort particulier tribunaal (een arbitrage kamer) ingericht in 1965 en resulteert onder de Wereldbank. Het behandelt klachten over een lidstaat en een investeerder van een andere nationaliteit. Er loopt nu bijvoorbeeld een zaak tegen Duitsland, naar aanleiding van een besluit om twee kerncentrales te sluiten (2011) en een investeerder die 4,7 miljard euro claimt wegens daardoor te leiden verliezen (Marianne van 24-30 oktober 2014). Stel dat deze investeerder wint, hoe goedkoop was stroom geproduceerd door een kerncentrale dan nog?

Crisis voor 5 miljard dollar

Het drijven in die richting is begonnen in de USA. Aldaar zijn vanaf de jaren 1980 naar schatting 3000 lobbyisten actief geweest. Het totaal geschatte, ingezette budget bedraagt zo’n vijf miljard dollar. Wat is voor dat geld gedaan? In de loop van de jaren is het gelukt om een dozijn wetten, die de regering Roosevelt in de jaren 1930 in het kader van de New Deal had uitgevaardigd, ingetrokken te krijgen. Toen daardoor het kapitalisme echt los kon komen, leidde dat uiteindelijk tot de financiële crisis en de bankenchaos in de USA (2007) en even later ook in Europa. Een crisis voor vijf miljard dollar dus. De hele gang van zaken is met naam en toenaam in het boek van Susan George terug te vinden.

Zo beschrijft zij ook hoe het is gegaan bij het tot stand brengen van het verdrag tussen de USA en Europa ten behoeve van handel en investering: het vrijhandelsverdrag. Maar merk op ‘vrij’ slaat hier op teugelloos Het verdrag moet de ruimte creëren voor het teugelloos opereren van het destructieve kapitalisme. Als het verdrag eenmaal in werking treedt, zullen economische krachten vrijkomen begroot op 2 miljard dollar per dag. Dit gaat het dagelijks leven van meer dan 800 miljoen mensen raken met voorzienbare en onvoorzienbare gevolgen, zonder dat zij daar enige zeggenschap over hebben. Wie had het nog over ‘democratie’?

Teugelloos kapitalisme

Wie regelen de zaken? Dat is op te maken uit de zogeheten ‘Transatlantische Handelsdialoog’ (TAHD). De leden van die ‘dialoog’ zijn mensen uit de top van de overheden van de USA en Europa en de leiders uit de belangrijkste Amerikaanse en Europese bovennationale ondernemingen. De zeventig deelnemende ondernemingen hebben de politici inmiddels gedicteerd welke marsroute te volgen. Vervolgens stelt de TAHD aanbevelingen op, waarbij er vanuit wordt gegaan dat die worden opgevolgd (vanwege het ‘gewicht’ van de dialoog). Wat dat aangaat erkende de Europese commissie al in 2000: ‘Conform de aanbevelingen van de TAHD, hebben we besloten…’. Hier is volop aan het werk wat ik noem ‘de diabolische werking van de reductionistische binding’ (zie elders op deze site). Want wie in dat onderhandelingsspel een keer ‘ja’ zegt, kan bij de volgende stap geen ‘neen’ meer zeggen.

Bijvoorbeeld: is er eenmaal handelingsruimte voor het teugelloos kapitalisme vrijgemaakt, dan moet bestaande, blokkerende wet- en regelgeving worden opgeruimd. Dus zonder er erg in te hebben, heeft men al bij het eerste ‘ja’ deregulering geaccepteerd. In het vervolg erop kan men geen ‘neen’ meer zeggen zonder spelbreker te zijn of zonder zich als een onbetrouwbare onderhandelingspartner te tonen…Kortom, met het dereguleren heeft men al ingestemd voordat het als zodanig in discussie is gebracht. Er valt dan alleen nog te discussiëren over verfijning. Het verdrag waar we over spreken heeft daar dan ook in voorzien met een ‘Raad voor samenwerking in het kader van regelgeving’.

Hoe een en ander ook verder wordt geregeld, die Raad zal geheel ten dienste staan van het bedrijfsleven. Over het werk van de Raad wordt gesproken in termen van ‘zuiver technisch’. Maar in het recht is niets zuiver technisch. Er bestaat geen ‘Zuivere rechtsleer’ of ‘Grondnorm’ (waar de grote Oostenrijks-Amerikaanse jurist Hans Kelsen een eeuw geleden al tevergeefs naar zocht). Het draait steeds om ‘belangen’ en dus om de vraag wiens belangen moeten worden gediend? En in het juridische veld waarop wij ons hier bevinden is het duidelijk: het gaat om het opruimen van ‘obstakels voor de handel’, een ander woord voor teugelloosheid.

Raden van de wereldagenda

Stappen we nu terug naar het hoofdkwartier van het bovennationale bank- en bedrijfsleven, Davos, en nemen het programma ‘Initiatief tot herstructurering van de wereld’ ter hand, dan is op te merken dat daar het werk verdeeld is in een aantal ‘Raden van de wereldagenda’ (RWA). De RWA’s, die als denktanks worden gezien, zijn sectoraal ingericht en er wordt verwacht dat zij met concrete voorstellen komen. Zo is er een ‘Raad voor de voedselveiligheid’ (het woord ‘veiligheid’ moet vertrouwen wekken), waarin de bovennationale agro-industrie zich genesteld heeft. In die Raad komen we ondermeer tegen General Mills en Unilever, maar ook Coca-Cola, PepsiCo en Nestlé. Dat klinkt vertrouwenwekkend, niet? De ‘Raad voor de waterveiligheid’ is bevolkt door…Coca-Cola, Dow Chemical, Nestlé, PepsiCo, Standard Chartered Bank, Syngeta en Unilever… Maar wees gerust, deze bovennationale ondernemingen houden zich uitsluitend bezig met hun eigen belangen. Uw belangen zullen hun een zorg zijn.

——————————-

Aantekening

• Over de TTIP als explosieve samenzwering (in het Frans), klik HIER.

• Voor het boek van Éric Stemmelen over het teugelloos kapitalisme, klik HIER.