Ga naar de inhoud

Nepnieuws. Van Leugen Tot Desinformatie

Nepnieuws is een term die voor desinformatie wordt gebruikt. Het kan compleet onwaar nieuws zijn (leugen) of ook ‘opgeklopt schuim’, zoals Han van der Horst het noemt in zijn  boek getiteld Nepnieuws, Een wereld van desinformatie. Het opgeklopte schuim moet dan een werkelijke historische gebeurtenis verhullen. En Van der Horst werkt uit: Leugen en bedrog zijn zo oud als de wereld. In Franrijk is in juni dit jaar wetgeving in parlementaire behandeling genomen, die als doel heeft nepnieuws te blokkeren ten tijde van presidentsverkiezingen.

10 min leestijd

(Door Thom Holterman, oorspronkelijk verschenen op Libertaire Orde)

Dit type wetten is gevaarlijk voor een ‘open samenleving’ (Karl Popper, 1945). Dat hangt samen met wetgevingstechniek. Het taalgebruik is wollig, zodat je er alle kanten mee op kan. Omdat er sprake is van een bepaalde periode waarvoor de wet geldt, noodzaakt dit tot het inrichten van juridische spoedprocedures. Dit soort procedures draagt bij aan onnauwkeurigheid waardoor vormen van willekeurige censuur  ontstaan (waarop ook in de bespreking van het wetsvoorstel op de site Le Grand Soir wordt gewezen).

Wat Nederland aangaat, houdt de oud-hoogleraar Internationale communicatie, Cees Hamelink, in een interview overeind: ‘Overheid is grootste producent nepnieuws’. Hij raadt aan geen ‘NOS Journaal’ meer te kijken als je wilt weten wat er in de wereld gebeurt. Dat is zonde van je tijd. Lopende het vraaggesprek geeft Hamelink wat tips over andere nieuwsvoorzieningen en hij plaatst zijn boude uitspraken in een context die in feite moet leiden tot een meer bewuste mediaconsument. Want volgens hem speelt het publiek een belangrijke rol in de bedrieglijkheid van de media. Als mensen de waarheid liever niet willen horen of zien, maakt een leugen meer of minder niet zoveel uit… Han van der Horst, historicus, columnist en docent heeft zijn hierboven genoemde boek geschreven voor de bewuste mediaconsument. Hij wil hem en haar informeren over leugen en bedrog en helpen die te herkennen. Han opent zijn boek vooral als historicus, maar in zijn verhaalkunst herken je de columnist. Aan het eind is bovendien de docent op te merken. Hieronder een bespreking van zijn boek.

Vervalsers, verdraaiers, vervolgers

hanhorstEen van de doelen van Han van der Horst is, hoewel ‘nepnieuws’ heden volop in de belangstelling staat, duidelijk te maken dat het overigens om een oud verschijnsel gaat. Het kent zijn voorlopers, zo laat hij zien, in het Egypte van de farao’s en in het oude Rome van de keizers. In de eerste hoofdstukken van zijn boek draait het dan ook bovenal om ‘nepnieuws’ in de Oudheid. De opvolgende hoofdstukken kennen een afnemende hoeveelheid verwijzingen uit die tijd en een toenemende hoeveelheid verwijzingen uit nieuwe tijden naar mate we in meer recentere periodes komen. Uiteindelijk zal de cirkel na duizenden jaren rond zijn als we in de actuele nepnieuws discussie verzeild raken. De constante is nep.

Of je toen leefde of nu, er is aldoor een samenhang tussen het maatschappelijke debat en de macht van de propaganda. Steeds is er ook aandacht, al vanaf de tijd van de Griekse democratie en de Romeinse senaat voor retorica en overtuigingskunst van de redenaar. Naar aanleiding van wat Han van der Horst hier over schrijft moest ik denken aan de macht van de herhaling. De herhaling moet een bepaalde gedacht erbij mensen inhameren – wat we ook met reclame zien gebeuren. Hiervan werd al gebruik gemaakt in een tijd van voor onze jaartelling (v.o.J.), zoals door de Romeinse senator Cato (234-149 v.o.J.). Die eindigde elk betoog – te pas of te onpas – met: ‘En toch ben ik van mening dat Carthago verwoest moet worden’. In mijn studententijd (beginjaren 1970) maakte ik van die methode gebruik door steeds een artikeltje in het toenmalige Rotterdamse universiteitsblad Quod Novum te eindigen met ‘En toch moet Economie gehalveerd worden’. In die tijd speelde zich namelijk in de Rotterdamse juridische faculteit een discussie af of het verplichte vak Economie niet moest worden gehalveerd ten gunste van de introductie van een verplicht vak Sociologie. Ik stond die gedachte als rechtenstudent sterk voor en hielp dus een handje. Overigens, Carthago is verwoest en Economie werd gehalveerd, zodat sociologie uiteindelijk aan juristen in opleiding gedoceerd kon worden.

Gaan we nu richting jongere tijden, dan komt Han van der Horst toe aan de behandeling van een aantal zaken in een hoofdstuk met een mooie alliteratie ‘Vervalsers, Verdraaiers, Vervolgers’. Allerlei nepverhalen doen de ronde, zoals over de Katharen (een christelijk-religieuze sekte) die de kont van de kat zouden kussen. Ze zijn vervolgd en uitgemoord. Na de uitvinding van de boekdrukkunst kon het niet uitblijven dat iemand op de gedachte kwam een krant uit te geven. Han van der Horst behandelt die periode (vanaf 1605 als de eerste exemplaren verschijnen) onder de hoofdstuktitel ‘Een alternatief voor nepnieuws?’. Je kan en mag ervan uitgaan dat ‘Liegen alsof het gedrukt staat’, de titel van het voorgaande hoofdstuk, in omvang toeneemt. Dat laatste is tegelijk de aanleiding voor een tegenbeweging: ook met betrouwbare informatie valt geld te verdienen. Zo verschijnt de ‘kwaliteitskrant’ die van betrouwbare en gecontroleerde berichtgeving zijn handelsmerk maakt. Als we later bij de aanwijzingen hoe nepnieuws te herkennen de vraag tegenkomen naar de bron van het nieuws, dan heeft dat zeker ook te maken met het onderkennen van kenmerkende verschillen van diverse media.

Komen we in de geschiedenis van de afgelopen twee eeuwen terecht, dan vindt confrontatie plaats met een aantal ‘affaires’ in het hoofdstuk dat tot titel heeft ‘Misleiding als machtsmiddel’. Hier komen we Han van der Horst als columnist tegen waar hij het optreden van ‘Bismarck, de nepnieuwskanselier’ schildert. Maar daar blijft het niet bij. Stuk voor stuk loopt hij na hoe we zijn belazerd door de zogeheten ‘groten der aarde’, met de oorlog in Vietnam, de massavernietigingswapens van Saddam Hoessein, de ‘War on Terror’, enzovoort. Hij beschrijft ook de gang van zaken rond vervalste documenten, waaronder De Protocollen van de wijzen van Zion (die in 1903 opdoken en waarmee de indruk wordt gewekt dat de joden uit waren op de wereldheerschappij). Het grenst aan het onwaarschijnlijke, maar zelfs in het heden zijn er nog mensen die geloof hechten aan dit soort moedwillige desinformatie…

Evenwel, het kan nog erger, want voorspelde de Duitse filosoof Arthur Schopenhauer (1788-1860) niet: ‘Het allerergste komt nog’? Het gaat dan om wat Han van der Horst behandelt onder de titel ‘Totale beheersing van de nieuwsvoorziening’ (hoofdstuk 8). Het betreft vooral de periode Eerste en Tweede wereldoorlog met aan het werk Stalin en Hitler als het om ‘waarheid’ gaat en hoeveel doden het  toe-eigenen van het gelijk zou gaan kosten. Eerst zien we het ‘verschuiven van de waarheid’, dan de ‘revolutionaire waarheid’ en steeds maar weer tot in het heden op te merken: de waarheid zoals de heerser of opdrachtgever die wenst te zien. De handlangers zitten dan in de groef uitgemaakt door het spreekwoord: ‘Wiens brood men eet, diens woord men spreekt’!

Gemanipuleerde informatie en de herkenning ervan

In het laatste hoofdstuk ‘Thuis nepnieuws maken’ levert Han van der Horst een aantal richtlijnen om zelf nepnieuws te fabriceren. Hier is de docent aan het werk. De richtlijnen werkt hij uit in de sfeer van aanbevelingen en aanwijzingen. Het zal niemand ontgaan, hoop ik, dat dit alles ook is te keren: de richtlijnen functioneren eveneens als indicaties om je te helpen nepnieuws van andersoortig nieuws te onderscheiden. Zijn nawoord draagt dan ook als titel ‘Geen reden tot wanhoop’. Hier wijst hij op de wet die de Franse president Macron in begin 2018 voorbereidde om nepnieuws af te vangen. Die wet is inmiddels in juni 2018 in het Franse parlement behandeld.

De bedoelde wet wil verspreiding van onware informatie tijdens de presidentsverkiezingen tegengaan. Wat is echter waar/onwaar, mede gelet op wat we daarover in de door Han van der Horst beschreven praktijk tegen kwamen? ‘Onware informatie’ moet dus worden omschreven. Het gaat om, zo lees ik in het Franse dagblad Le Monde van 8 juni 2018,: ‘Elke bewering of beschuldiging van een feit ontdaan van controleerbare elementen van een soort die het geloofwaardig maken’. Dus is het niet de vraag of het waar/onwaar is maar of het geloofwaardig is. Uiteindelijk wordt dit een discussie waar niemand uitkomt. ‘Onware informatie’ wordt ‘gemanipuleerde informatie’. Maar wat dan als bijvoorbeeld een deel van de propaganda op sociale media controleerbaar is, echter gepresenteerd op een gekunstelde manier en verspreid onder een daartoe zorgvuldig uitgezocht publiek? We komen hier in een gebied, leert de ervaring, waar de censurerende overheid zodanig vrij spel heeft, dat dergelijke wetgeving vooral zal worden toegepast op mensen voor wie die oorspronkelijk niet bedoeld was. Onderwijl is met die wet in de hand wel een onwelgevallige site geblokkeerd. Het leidt in zo’n geval naar het juridificeren van de politieke strijd. Juristen zullen degenen zijn die er ‘wijzer’ van worden.

Als het om bescherming tegen nepnieuws en haatpraat gaat, is er volgens Han van der Horst des te meer reden om burgers toe te rusten om dit type nieuws en haatpraat zelf op hun juiste waarde te schatten. Ik ga daarin mee. De mediagebruiker moet erop worden gewezen betekenissen te doorgronden en niet alles voor zoete koek te slikken. Hij raadt aan: ‘Onderwerp de argumentatie en de vooronderstellingen aan een gedegen analyse. Identificeer de bronnen, schat ze vervolgens naar vaste regels en procedures in op hun geloofwaardigheid’. En: ‘Nu we de basisregels kennen die voor het vervaardigen van geloofwaardig nepnieuws gelden, kunnen wij ons tegen desinformatie wapenen’. Dit soort aanwijzingen is sterker dan een wet tegen nepnieuws, zo komt het mij voor. Bovendien, voor je het weet keert zo’n soort wet zich tegen je als een vorm van liberticide (wet die de vrijheid doodt).

Ik zei ‘liberticide’ en dacht aan politie-invallen op grond van dit type wetgeving waar men het niet onmiddellijk verwacht. Maar dat is toch niet aan de orde? Wel, je wordt op je wenken bediend. In Duitsland werkt namelijk zo’n wet al. En op grond van een vermoeden van een manifestatie te houden tegen een congres door de extreemrechtse Duitse partij Alternative für Deutschland (AfD) heeft de politie een inval gedaan bij de Duitse vereniging ter verdediging van digitale vrijheden, Zwiebelfreunde, om adressen te achterhalen van degenen die achter de manifestatie zouden kunnen zitten. Sinds de zomer van 2017 zijn daarvoor al als ‘extreemlinks’ geklasseerde sites en sites in de buurt van anarchistische stromingen doelwit van het Duitse ministerie van Binnenlandse zaken. Zo is er reeds op last van de minister van Binnenlandse zaken een van de belangrijkste sites van extreemlinks, de Duitse ‘Indymedia’, geblokkeerd. Ik heb dit niet van mijzelf maar ontleen het aan het Franse dagblad Le Monde van 5 juli 2018. De politieke stand van zaken lijkt duidelijk: het gevaar komt niet van rechts maar van links. Eigenlijk is dit geen nieuws…

Thom Holterman

HORST, Han van der, Nepnieuws, Een wereld van desinformatie, Uitgeverij Scriptum, Schiedam, 2018, 310 blz., voorzien van namenregister, prijs 17,95 euro.

[Beeldmateriaal trompes l’oeil van streetart-kunstenaar Julian Beever; tekende in augustus 2008 ook in de Koopgoot te Rotterdam.]