Ga naar de inhoud

Onrechtvaardigheid Jegens Julian Assange. De Crisis Van De Westerse Liberale Democratie

Vraaggesprek tussen Mohsen Abdelmoumen (site: Algérie Résistance) en de bevrijdingspsychologe, activiste en journaliste Nozomi Hayase over de onmogelijke positie van Julian Assange, oprichter van WikiLeaks. De aanleiding van het vraaggesprek is haar boek WikiLeaks: The Global Fourth Estate (2018). Ik vertaal hier de antwoorden van de twee eerste vragen. Daarmee is de kern van de kwestie waarom het draait perfect verwoord. En hoewel de kwestie wordt opgehangen aan het Amerikaanse constitutonele recht, geldt wat wordt gezegd net zo goed voor de Nederlandse situatie.

5 min leestijd

(Door Thom Holterman, oorspronkelijk verschenen op Libertaire Orde)

De eerste vraag luidt: ‘Was WikiLeaks volgens u geen revolutionair middel om het recht op informatie te verdedigen?’

                         Nozomi Hayase

Nozmi Hayase:  ‘Ik zou zeggen dat WikiLeaks een instrument is dat het recht verdedigt van het publiek om te weten. De manier waarop u het in uw vraag stelt, ‘het recht van de uitgever om’ te informeren wordt afgeleid uit de jurisprudentie van het Eerste Amendement. Het Amerikaanse bestuursmodel, namelijk een representatieve democratie, is gebaseerd op het mechanisme van checks and balancesvan de macht om de integriteit van het systeem te handhaven. In dit kader speelt de pers een cruciale rol, want zonder het geïnformeerde publiek zal dit systeem van verantwoording echt niet werken.’

‘Met de bundeling van de media en de privatisering van de publieke ether is de functie van de pers effectief ontmanteld. Hiermee is het Amerikaanse politieke machtssysteem veranderd in een systeem dat controleert. Journalisten, die geacht worden de waakhonden te zijn die strijden tegen het monopolie van de regering op informatie en de waarheid verdedigen, zijn tot stenografen van de macht gemaakt. WikiLeaks liet evenwel de essentiële functie van vrije pers zien. Zij toonden dat op wereldschaal, door informatie te publiceren die kritisch is voor wat voor de democratie wordt gehouden. Zoals George Orwell eens zei, ‘in een tijd van universeel bedrog is de waarheid vertellen een revolutionaire handeling’. De heftige verdediging van WikiLeaks van waarheid is een echt revolutionaire handeling.

Tweede vraag: ‘Is de strijd die Julian Assange al jaren voert en die hij vanuit zijn gevangenis blijft voeren niet een strijd die ons allen aangaat?

Nozmi Hayase:  ‘Ja, zeker. Ik zie dit als een kwestie die iedereen aangaat en het is een strijd waar we met zijn allen aan deel moeten nemen [om een open systeem te behouden, wat een constitutioneel vereiste is; thh]. We zien nu een veelvoudig bekroonde journalist en Australische burger die informatie heeft gepubliceerd die oorlogsmisdaden en corruptie van regeringen aan het licht heeft gebracht en die nog erger wordt gecriminaliseerd en behandeld dan een moordenaar. Hier is een persoon die werd genomineerd voor de Nobelprijs voor de Vrede van 2019 voor zijn grote journalistieke werk, dat hij deed om vrede en gerechtigheid in de hele wereld te bevorderen. Hij hoort niet thuis in een gevangenis. Hij mag niet psychologisch worden gemarteld, van zijn rechten worden beroofd en aan een isolement worden onderworpen.

Het onrecht Assange aangedaan toont de diepe crisis van de westerse liberale democratie. Deze onmenselijke behandeling van Assange vindt niet plaats onder autoritaire regimes als Rusland en Saoedi-Arabië, maar in het hart van Londen. De vervolging van Assange door de Amerikaanse regering onthult de machtsstructuur die onder het mom van democratie geheim is gehouden.

De Amerikaanse regering, met haar bondgenoten, het Verenigd Koninkrijk, Zweden en Spanje heeft met enorme middelen een journalist aangevallen die de ware functie van de vrije pers mogelijk heeft gemaakt. Ondanks de formele uitspraak van de Verenigde Naties die duidelijk aangaf dat de opsluiting van Assange in de Ecuadoriaanse ambassade in Londen een willekeurige opsluiting is, weigert de Britse regering haar internationale verplichtingen na te komen. De VS heeft een kleine Zuid-Amerikaanse natie gepest om Assange uit te leveren.

We maken nu een totale ineenstorting van recht mee en een volledige minachting van de mensenrechten, van de vrijheid van meningsuiting en van een eerlijke rechtsgang door de westerse regeringen. De benarde toestand van Assange is een oproep aan ons allen om wakker te worden. Als we niet voor zijn vrijheid kunnen opkomen en dit nu stoppen, zal dit leiden tot een tirannie van de staat en zal het onrecht zich overal verspreiden.’

Tot zover het vraaggesprek tussen Mohsen Abdelmouen en Nozomi Hayase op de site van Mohsen Abdelmouen Algérie Résistance; voor het hele vraaggesprek (in het Engels), klik HIER.

Juridisch sterk punt

De kern waar het telkens om draait: gaat het over ‘het recht om te informeren’ of  ‘het recht van het publiek om te weten’ (vrijheid van kennis). Het laatste is iets waarvoor de grote Verlichters (eind 18deeeuw) zich hebben ingespannen om dat te verwerven. Het recht op weten was tot dan namelijk voorbehouden aan de Kerk (en eventueel aan de Koning). Dan hield het op. Maar altijd is dat bestreden en het voorbehoud is van tafel gegaan. Op de kennisvrijheid heeft zich het ter-kennis-brengen geënt (de journalistiek als een van de vormen binnen het kader van de ‘spreiding van macht’, naast de drie bestaande). Daar ligt dus het juridisch-politieke sterke punt in de verdedigde opvatting door Nomozi Hayase.

De eerste die het recht op weten (kennis) opeiste, is hoogst waarschijnlijk de Bijbelse Eva. Dat deed zij door de raad van de slang op te volgen en een appel te eten (ten onrecht wordt in de westerse cultuur de slang gehouden voor de list, voor het slinkse; in andere culturen was de slang juist het symbool voor kennis). Daarmee weerstond zij de Heer, zij voelde zich autonoom en wilde kennis dragen. En dit zijn precies de twee dingen waar we pal voor hebben te staan. De verdediging van het recht op weten is een subversieve handeling en daar houden regeringen niet van, net zomin als van autonome mensen. Over het recht op weten in relatie tot de Bijbelse Eva als eerste symbool van emancipatie, zie de Italiaans-Duitse ketterse marxistische politicoloog Johannes Agnoli in zijn boek Die Subversive Theorie (1996/2014). [ThH]