Interview met Wolfgang Sachs: “Hou de aardbeien voor de zomer”
27 juni
2007 (MO) – Volgens Wolfgang Sachs, socioloog en wetenschapper van het Duitse
Wuppertal Institut für Klima, Umwelt und Energie, zijn we vandaag op een
keerpunt in de menselijke ontwikkeling beland, vergelijkbaar met de ontdekking
van Amerika in 1492. Niet de planeet, wel de menselijke beschaving is in het
geding en de sleutelwoorden, willen we die beschaving redden, zijn efficiëntie,
coherentie en sufficiëntie.
Dit
interview werd geplaatst op yabasta.be en is gemaakt door Alma De Walsche, voor Mo*Magazine
Kijk
maar naar China en je ziet het dilemma waar de wereld voor staat. Het is hoog
tijd om een energie- en grondstoffenarm ontwikkelingsmodel uit te bouwen dat
veralgemeenbaar is voor iedereen. Dat zegt Wolfgang Sachs, die het in zijn meest
recente publicatie -Fair Future: resource conflicts, security & global
justice- over de steeds vaker voorkomende botsing tussen mensenrechten en
milieu heeft. Vanuit het Duitse Wuppertal zet Sachs, auteur van onder andere
Development dictionary -een alternatieve kijk op ontwikkeling- en Greening the
North: a post-industrial blueprint for ecology and equity de lijnen uit voor
niets minder dan een nieuw beschavingsmodel.
Al 35
jaar wordt er gewaarschuwd voor een ecologische crisis. In 1972 verscheen Grenzen
aan de Groei van de Club van Rome. In 1992 werd op de Aardetop van Rio de
Janeiro het begrip "duurzame ontwikkeling" officieel gelanceerd. Hoe
komt het dat we vandaag niet verder staan?
Wolfgang
Sachs: Op de Aardetop van Rio wierpen de regeringen die aan deze VN-Conferentie
deelnamen zich op als behoeders van de Aarde. Nauwelijks drie jaar later, in
1995, ontmoetten diezelfde regeringen elkaar opnieuw in Marrakech, maar dit
keer als uitverkopers van de Aarde. Die bijeenkomst betekende immers de feitelijke
oprichting van de Wereldhandelsorganisatie. Daar namen de regeringen
enthousiast verplichtingen op zich die -weliswaar onbedoeld- leidden tot een
snellere uitverkoop van het natuurlijke werelderfgoed. Terwijl de
Rio-Conferentie begaan was met de bescherming en het verstandige gebruik van
natuurlijke rijkdommen, was de bijeenkomst van Marrakech uit op de
onvoorwaardelijke toegang van bedrijven tot de natuurlijke rijkdommen. Rio
legde sterk de nadruk op het gezag van de staten om een regelgeving uit te
werken die de publieke goederen zou beschermen, maar Marrakech verzwakte
opnieuw die regulerende macht van de staten, ten gunste van de grotere
bewegingsvrijheid van bedrijven. Als gevolg daarvan is de internationale
politiek van de voorbije tien jaren gedomineerd door niet aflatende pogingen om
een wereldmarkt zonder grenzen te creëren, met vrij verkeer van kapitaal en
goederen -niet van mensen- en enkel aangedreven door de wet van vraag en
aanbod. In Rio was er zeer veel mooie retoriek, maar het zijn de beslissingen
die in Marrakech werden genomen die erg snel en doeltreffend werden toegepast.
De omkering van prioriteiten die heeft plaatsgevonden, zette een rem op elke
ernstige vooruitgang op het vlak van milieubeleid. Het heeft er soms zelfs voor
gezorgd dat het met dat milieubeleid de andere kant is opgegaan.
Is wat
we vandaag zien gebeuren een klimaathype, en niet meer dan dat, of denkt u dat
er het afgelopen jaar, sinds An Inconveniant Truth en de alarmerende IPCC
rapporten, wel degelijk iets veranderd is?
Wolfgang
Sachs: Ik denk dat we het voorbije jaar een keerpunt hebben doorgemaakt en dat
de ernst van het probleem echt is doorgedrongen. Om te beginnen is het thema
van klimaatwijziging geëvolueerd van een vage hypothese naar een tastbare ervaring:
rivieren hebben minder water, trekvogels keren vroeger terug, de lente is zomer
geworden. Mensen voelen echt dat er iets aan het gebeuren is. Daarnaast is er
het Stern Rapport dat aantoont dat niet enkel de economie het klimaat om zeep
helpt, maar ook omgekeerd: het klimaat kan ook de economie om zeep helpen. Deze
boodschap heeft de kapitalisten bang gemaakt. En tot slot hebben
wetenschappelijke gegevens over de schaal en de dringendheid van de bedreiging
het inzicht geconsolideerd. Precies daarom staan politici onder groeiende druk
van de bevolking om iets te ondernemen en effectief beslissingen te nemen.
Maar
dan op een andere basis dan de afgelopen tien jaar?
Wolfgang
Sachs: We kunnen gewoon niet doorgaan zoals we bezig zijn. Wij gebruiken de
natuur als een bron van grondstoffen voor onze voedselvoorziening, voor de
productie van consumptiegoederen en voor energievoorzieningen, we gebruiken
haar als gebruiksruimte voor het bouwen van fabrieken, wolkenkrabbers en
luchthavens, en we gebruiken haar als afvalplaats voor CO2 emissies, plutonium
en lawaai. Hoe meer er voorrang wordt gegeven aan de imperatief van economische
groei en efficiëntie, ten koste van gemeenschapswaarden als mensenrechten, het
behoud van natuur en landschap, of de waarde van schoonheid, hoe meer het
milieu degradeert. Hoe lang kan de samenleving die overdoses aan? Het is niet
het einde van de planeet waarvan we wakker moeten liggen, maar wel dat we door
de manier waarop wij omgaan met de planeet, een einde dreigen te maken aan de
menselijke beschaving.
Het
moet dus fundamenteel een andere weg op?
Wolfgang
Sachs: Na honderden of, zo je wil, duizenden jaren civilisatie, is de
Euro-Atlantische beschaving naar voor gekomen als winnaar. Het Westen volgde
wel een heel specifiek ontwikkelingspad, zo blijkt vandaag. Het kan niet over
heel de wereld en voor de volgende generaties herhaald worden. De overvloed aan
fossiele en hernieuwbare grondstoffen die Europa ter beschikking had in de 19de
en de 20ste eeuw is niet langer beschikbaar. Het is ondenkbaar om dit
samenlevingsmodel gebaseerd op bijvoorbeeld zo'n intens gebruik van de auto,
zo'n chemische landbouw en een voedselconsumptie op basis van vlees, over heel
de aarde veralgemeenbaar te maken. De hoeveelheid grondstoffen die daarvoor
nodig is, is gigantisch, het opzet zou veel te duur uitvallen en te belastend
zijn voor de lokale ecosystemen en voor de biosfeer. Ontwikkeling, zoals wij
dat altijd gezien hebben, confronteert ons vandaag met een dilemma.
En dat
dilemma is?
Wolfgang
Sachs: Ofwel blijft welvaart en welzijn enkel gereserveerd voor een minderheid
– omdat de productie- en consumptiepatronen te veel grondstoffen vergen. Ofwel
vinden we patronen van welzijn uit die weinig grondstoffen vereisen -die
resource light zijn- en die de weg banen naar voldoende welzijn voor allen. De
overvloed die het huidige welvaartsmodel kenmerkt, is niet verzoenbaar met
gerechtigheid, tenzij die overvloed maar een lichte ecologische voetafdruk
heeft. Vasthouden aan de overvloed betekent ons opsluiten in een
elitemaatschappij, waarbij een groot deel van de mensheid uitgesloten blijft.
Ofwel kiezen we voor gerechtigheid en dan moeten wij uitgaan van een economie
en een cultuur van sufficiëntie. Dat is de fundamentele keuze waar we niet meer
onder uit kunnen.
Kan dit
binnen het kapitalistisch model van economische groei?
Wolfgang
Sachs: Het Zuiden heeft nog wel recht op economische groei, maar kijk naar
China. China is bijzonder succesvol, zowel in het realiseren van economische
groei als in het bestrijden van de armoede. Maar tegelijk legt het een enorme
druk op de biosfeer. In absolute termen gezien heeft China vandaag de tweede
grootste uitstoot van CO2, na de VS, en is het de tweede grootste invoerder van
olie. Groter nog dan de druk die deze groei legt op de mondiale
grondstoffenvoorraden, is de druk binnen China zelf op de lokale woonomgeving:
de steden zijn ziek van de verontreinigde lucht, de oppervlakte aan vruchtbare
grond slinkt en de watervoorraden worden schaars. Dat zijn allemaal alarmerende
voortekenen van een crisis van de natuur. China laat heel duidelijk zien hoe de
weg uit de armoede en de machteloosheid gepaard gaat met een overbelasting en
overexploitatie van de natuur. Een hoger inkomen lonkt, maar op basis van een groter
aandeel in de plundereconomie. Het Chinese model illustreert dat meer
rechtvaardigheid in deze wereld niet kan worden bereikt op basis van de
consumptieniveaus van de geïndustrialiseerde landen.
Hoe
ziet u de uitweg?
Wolfgang
Sachs: In ontwikkelingslanden mag de consumptie van grondstoffen uiteraard nog
toenemen. Arme landen hebben het onmiskenbare recht om op zijn minst "een
waardig niveau" van consumptie te bereiken. Alle burgers van deze planeet
zouden dat recht moeten hebben. Zonder kerosine of biogas, zonder energie en
transportinfrastructuur is het moeilijk de basisnoden van mensen te voldoen.
Maar de stijgende curve van het grondstoffengebruik kan ook voor het Zuiden
geen exponentiële groeicurve zijn. Op een bepaald moment moet die stijgende
lijn overgaan in een lineaire ontwikkeling.
Het
Noorden moet inkrimpen tot een bepaald niveau, het Zuiden mag nog groeien tot
een bepaald niveau en beide curves zouden elkaar moeten ontmoeten op een niveau
dat duurzaam is. Het raamwerk van de rechtvaardige verdeling wordt bepaald door
de natuurlijke grenzen. Maar in dit zogenaamde model van "contractie en
convergentie" hebben de landen van het Zuiden vandaag als nooit tevoren
een kans om de industrielanden achter zich te laten en een enorme voorsprong te
nemen. De afhankelijkheid van fossiele brandstoffen drijft de industrielanden
in het nauw. Ontwikkelingslanden zouden onmiddellijk kunnen inzetten op
hernieuwbare energiebronnen en grondstoflichte vormen van productie en
consumptie.
Hoe
ziet u die inkrimping in het Westen verlopen?
Wolfgang
Sachs: Het begint met het inzicht dat de milieugebruiksruimte begrensd is en
dat overconsumptie moet worden ingeperkt. Een rechtvaardige verdeling van de
grondstoffen hangt essentieel af van de mate waarin de industrielanden in staat
zijn hun overconsumptie van de mondiale milieugebruiksruimte en van goederen en
diensten van het milieu in te krimpen. De rijke landen zouden hun CO2-emissies
met 80 procent moeten reduceren. Om tot zo'n grondstoffenarme beschaving te komen
zie ik drie paden: efficiëntie, consistentie en sufficiëntie.
Laat
ons beginnen met de efficiëntie.
Wolfgang
Sachs: Efficiëntie gaat over het reduceren van het gebruik van materialen en
energie per eenheid goederen en diensten. Dit kan gebeuren door technologie en
organisatie te verbeteren, door recyclage en door het vermijden van afval. Daar
zijn tal van voorbeelden van: wasmachines die minder water en elektriciteit
gebruiken, voertuigen met lichte motoren, industriële motoren met lage frequentie,
hoogefficiënte energiestations, recycleerbare producten zoals kranten en
stoelen.
Wat
bedoelt u met consistentie?
Wolfgang
Sachs: Consistentie gaat over de compatibiliteit van natuur en technologie. Het
principe is dat het metabolisme van de industrie -de instroom van grondstoffen,
de doorstroom van materialen en de uitstoot van afval- de natuurlijke cycli
niet mag verstoren. In de mate van het mogelijke zouden natuur en technologie
elkaar moeten aanvullen en versterken.
Windenergie,
architectuur afgestemd op zonne-energie en organische landbouw zijn daar
voorbeelden van. Het gaat er dan niet zozeer om de energieconsumptie en de
materiaalstromen te verminderen, dan wel om ervoor te zorgen dat die verlopen
op een ecologisch verantwoorde manier.
Hoe
ziet u sufficiëntie?
Wolfgang
Sachs: Het komt er op aan niet het slachtoffer te worden van overdaad en
overstretch, maar om slechts zoveel te nemen als goed is voor het welzijn van
het individu en het geheel. Een teveel kan zowel de mens als het geheel
schaden. Het is echter twijfelachtig of de verwachtingen en consumptiepatronen
die gecreëerd zijn in een tijdperk van overvloed aan grondstoffen aangehouden
kunnen worden in een tijdperk waarin we zuinig moeten omgaan met die
grondstoffen. Aardbeien in de winter, 4×4's in de stad, warm water van de kraan
dag en nacht: dit soort van comfort draagt weinig bij tot echt geluk, maar
heeft wel een hoge kostprijs. De vraag "hoeveel is genoeg?" is
onvermijdelijk. Eco-ëfficiëntie, waar we het vandaag over hebben, is eigenlijk
nauw verbonden met wat we al sinds de oudheid kennen als "de juiste
maat", "het goede leven" of "de kunst van het leven".