Nieuwe Commissie – oud vrijhandelsgesjacher
U herinnert zich toch nog TTIP, het Transatlantic Trade and Investment Partnership, het geplande vrijhandels- en investeringsverdrag tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten waar zoveel protest tegen gerezen was? Tot een overeenkomst is het niet gekomen, en de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat dit maar gedeeltelijk aan het protest te danken is. De laatste onderhandelingsronde had plaats in oktober 2016, dat was dus de maand voor Trump tot president van de Verenigde Staten verkozen werd.
(Door Herman Michiel, oorspronkelijk verschenen bij Ander Europa, foto: EU-Commissievoorzitter Ursula von der Leyen en Trump op het World Economic Forum in Davos, 21 januari 2020 (Foto Witte Huis, publiek domein)
Tijdens zijn campagne had hij gefulmineerd tegen TTIP als tegengesteld aan de belangen van de VS, en trouwens ook tegen het geplande akkoord met landen aan de Stille Oceaan (Trans-Pacific Partnerschap, TPP, met uitsluiting van China). Verslagenheid onder de Brusselse free marketeers. Commissievoorzitter Juncker verzucht dat het akkoord nog een paar jaar op zich zal laten wachten (terwijl hij het zo graag op zijn palmares had geschreven), maar handelscommissaris Malmström weigert TTIP als dood te beschouwen.
Al is het een maand voor de Europese verkiezingen en gaat de zon dus onder voor de Juncker-Commissie, toch geeft de Raad van Ministers op 15 april 2019 opdracht aan die Commissie om onderhandelingen te openen met de Verenigde Staten met het oog op een nieuw handelsakkoord. De term TTIP wordt natuurlijk gemeden, en het zou over een beperkt akkoord gaan, over industriële producten met uitsluiting van landbouw en publieke aanbestedingen. In een aparte nota wordt ook gesproken over onderhandelingen met het oog op minder omslachtige procedures voor de aanvaarding van elkaars productnormen (“introducing less burdensome conformity assessment requirements”) Het is bekend dat genetisch gemanipuleerde gewassen, hormonaal behandeld of chemisch gereinigd vlees (‘chloorkippen’) in de VS als koosjer beschouwd worden; Amerikanen van hun kant hebben na het Volkswagenschandaal wel enige reden tot twijfelen aan de uitstootnormen van Europese dieselwagens …
En zo wordt er weer over handel onderhandeld tussen VS en EU. Sterker zelfs, nadat Commissievoorzitter von der Leyen de Amerikaanse president Trump gesproken had op het Wereld Economic Forum in Davos is er sprake van “een akkoord binnen enkele weken”. Dat Trump, al in verkiezingsmodus, na zijn heffingen op Europees staal en aluminium, nu ook heeft gedreigd met invoertarieven (“25%”) op Europese wagens verklaart ongetwijfeld von der Leyens ijver. Maar blijft de vraag hoe er vlug een akkoord uit de bus kan komen als de EU geen mandaat heeft om over landbouw te onderhandelen, terwijl de VS alleen een akkoord willen dat ook over landbouw gaat.
Al te lichtzinnig kan von der Leyen daar niet overheen kijken, want het was op aandringen van Frankrijk (en ook Nederland en Oostenrijk) dat landbouw buiten het Europees onderhandelingsmandaat bleef, en chloorkipppen en hormonenvlees hebben bij de Europese consument nog steeds geen goede naam. Een artikel in Politico wijst op een mogelijk EU-manoeuvre om de ‘kwadratuur van de cirkel’ een kans te geven: geen formeel hoofdstuk over landbouw in het akkoord, maar een aparte regeling over “samenwerking op het gebied van regulering” (regulatory cooperation) , of zoals hoger reeds vermeld: minder omslachtige procedures voor de aanvaarding van elkaars productnormen. Dat is ook waar de nieuwe handelscommissaris Phil Hogan het over had bij zijn eerste bezoek aan Washington.
Dit is een gevaarlijke achterpoort. Productnormen kunnen lijken op een puur technische aangelegenheid; welke genetisch gemanipuleerde gewassen in de EU aanvaardbaar zijn kan in beperkte kring bedisseld worden. Toch is het onwaarschijnlijk dat de Trump-administratie zich met wat aanpassingen in de marge zal tevreden stellen. Daarvan is Sabine Weygand, een van de toponderhandelaars van de EU, zich blijkbaar bewust. Eind januari zei ze aan de vertegenwoordigers van de lidsaten dat het in ieders belang is wat toegevingen te doen op het vlak van landbouwregelingen. Het lijkt alleszins op een uitnodiging om het achterpoortje veel wijder open te zetten.
Er is dus alle reden om de TTIP-strijdbijl terug op te graven. Tussen haakjes, over CETA, het handelsverdrag met Canada, moeten de parlementen van de lidstaten tijdens deze legislatuur ook nog hun toestemming geven!