Onzinbanen
Vandaag is in een crisisvolle periode sprake van een zeer krappe arbeidsmarkt, terwijl de stijging van de lonen de inflatie niet of nauwelijks inhaalt. Dat geldt op dit moment voor heel wat Europese landen. Het heersende economisch denken van vraag en aanbod – de lonen stijgen bij meer vraag van arbeid dan aanbod – faalt. De gedachte dat productie leidend is voor de vraag maakt plaats voor: productie moet consumptie mogelijk maken. Mensen moeten meer, langer en harder werken. Hoe zit dit?
Project “Klassenstrijd” deel 2 – ontwikkeling van de arbeid: nummer 4
(Illustraties van Krish Raghav, die een hele serie strips over bullshit jobs in China heeft gemaakt)
David Graeber schrijft in zijn artikel “het fenomeen onzinbanen”, de opmaat voor zijn boek (1): Dankzij de technologie zijn we tegenwoordig in twee dagen waarschijnlijk even productief als vroeger in vijf dagen. Maar dankzij onze hebzucht en een ‘druk-druk-druksyndroom’ van productiviteit wordt er nog steeds van ons verlangd dat we zwoegen voor de winst van anderen, ten koste van onze eigen niet-betaalde ambities.
In een enquête in Groot-Brittannië werd de vraag gesteld: ”Levert u met uw baan een ‘zinvolle bijdrage’ aan de wereld?” Het resultaat was dat 37 procent antwoordde met ‘nee’, terwijl 50 procent ‘ja’ zei en 13 procent wist het niet. Dat rechtvaardigt de vraag: wat is er aan de hand?
Zinloze arbeid
In 1930 voorspelde John Maynard Keynes dat de technologie nog voor het einde van de eeuw zo ver ontwikkeld zou zijn dat in landen als Groot-Brittannië of de Verenigde Staten een werkweek van vijftien uur zou zijn ingevoerd. Dat is bepaald niet gebeurd. We zijn terechtgekomen in een situatie dat arbeid niet zinvol is voor de samenleving: een onzinbaan. Dat brengt Graeber tot de volgende werkdefinitie:
Een onzinbaan is een vorm van betaald werk die zo volkomen zinloos, overbodig of schadelijk is dat zelfs de werknemer het bestaan ervan niet kan rechtvaardigen, hoewel de werknemer zich, als onderdeel van de arbeidsvoorwaarden, verplicht voelt om te doen alsof dit niet het geval is.
Voorbeelden te over. Fameus is alle administratieve rompslomp die bij de zorgverlening speelt. Ook de overheid grossiert met haar bureaucratie in heel veel onnuttig werk, bijvoorbeeld de talloze controleurs die ergens toezicht op moeten houden. Graeber komt met een stapsgewijze verklaring.
1. Wanneer gezegd wordt dat alle waarde afkomstig is van werk, is dat niet hetzelfde als ‘al het werk produceert waarde’.
2. Algemeen is de veronderstelling dat als er een afzetmarkt bestaat voor bepaalde goederen of diensten dat deze blijkbaar voor iemand van waarde zijn.
3. Er bestaat ook voor arbeid een afzetmarkt.
Er komt hier een spanningsveld naar voren. Waarde is afkomstig van arbeid. Die arbeid krijgt zijn waarde, wanneer mensen de producten consumeren. Graeber constateert een zwakke plek in de oorspronkelijke arbeidswaardetheorie, namelijk de toespitsing op ‘productie’.
De arbeiders werken niet om productief te zijn, om nuttige producten te produceren, maar voor een loon, waarvoor ze de geproduceerde producten kunnen aanschaffen. Arbeid heeft een aspect van consumptie gekregen. Het maakt dan niet meer uit wat je maakt, als je maar voldoende verdient om die spullen te kopen waarvan je denkt naar eigen(?) goeddunken prettig kunt leven. De andere werkelijkheid is dat de baan die je hebt er niet meer toedoet. Het gaat erom dat je genoeg verdient om naar maatschappelijke maatstaven(!) prettig te kunnen leven.
De ééndimensionale mens
Herbert Marcuse, meer dan vijftig jaar geleden (2): In de meest ontwikkelde gebieden van de hedendaagse samenleving is de overgang van sociale behoeften naar individuele behoeften inderdaad zo effectief dat het verschil er tussen geheel theoretisch schijnt te zijn.
Is er werkelijk een verschil te maken tussen massamedia als instrument voor informatie en als instrument voor vermaak, als de weg waarlangs het publiek geïndoctrineerd wordt? Tussen de auto als plaag of als comfort? Tussen arbeid voor nationale defensie en arbeid voor winst voor het concern? Tussen het particuliere genoegen en het commerciële en politieke nut met betrekking tot het opvoeren van het geboortecijfer? De complexiteit van de samenleving is zo groot geworden dat de ‘deelnemers’ niet meer het onderscheid kunnen maken wat goed is voor hun samenleven en wat goed is voor hun particuliere welzijn, waarbij dat laatste zo subjectief is als de pest. De gevolgen van deze manier van samenleving zijn echter desastreus!
Marcuse gaat verder: De nu gangbare vormen van sociale controle zijn in een nieuwe zin technologisch. De technische structuur en doeltreffendheid van het productie- en destructieapparaat hebben beslist een hoofdrol gespeeld bij de onderwerping van de bevolking aan de gevestigde sociale arbeidsverdeling gedurende de gehele moderne tijd. In de huidige periode schijnt het netwerk van technologische controle de Redelijkheid zelf te zijn ten bate van alle sociale groeperingen en belanghebbenden – en wel in zo’n hoge mate dat iedere tegenspraak irrationeel is en iedere tegenwerking onmogelijk schijnt.
Er is slechts één dimensie en deze is overal en in alle vormen aanwezig. Dat is de dimensie van de onkritische consument.
Tot slot
Marcuse schreef dit vijftig jaar geleden! De ontwikkelingen sindsdien – er was geen persoonlijke computer, ipad, tablet of mobiele telefoon – zijn buiten proportioneel. De sociale controle over ons werk, ons dagelijks leven, is enorm groot. Googelen op een vacature voor dataverwerker levert een onvoorstelbare hoeveelheid vacatures op. Het maatschappelijke nut van deze werkzaamheden is zeer discutabel. Identificatie met dit werk is nauwelijks mogelijk, erg veel is bestemd voor het aantrekkelijk maken van producten voor de consumptie. Het criterium van deze banen voldoet zeker niet aan een maatschappelijk productienut, het merendeel zal onder te brengen zijn in onzinbanen.
Conclusie. Als de onzinbanen buitengesloten worden van de arbeidsmarkt, dan is er absoluut geen sprake meer van een krappe arbeidsmarkt. Bijna 40 procent van onze dagelijkse werkzaamheden kunnen we betitelen als nutteloos voor de samenleving. Dit werk dient alleen maar om een politiek economisch systeem, het kapitalisme, in stand te houden. Tegenwoordige problemen, als werkdruk, stress, gebrek aan arbeidstevredenheid, worden door dit soort arbeid in de hand gewerkt.
(1)Graeber, D., (2018)Bullshit Jobs, over zinloos werk en hoe we het kunnen bestrijden, Business Contact, Amsterdam.
(2)Marcuse H., (1970) De ééndimensionale mens, studies over de ideologie van de hoog-industriële samenleving, Uitgevrij Paul Brand, Brussel. Het boek is opnieuw uitgegeven bij Bruna met een voorwoord van Thijs Lijster.