Ga naar de inhoud

Uruguay: de gevolgen van industriële boomplantages voor de watercrisis

Meer dan zeven procent van het grondgebied van Uruguay is bedekt met monocultuurboomplantages. Een handvol bedrijven waren verantwoordelijk voor die enorme expansie, die, met rampzalige gevolgen, voornamelijk plaatsvond in waterrijke gebieden en prairies. Dit jaar had bijna de helft van de stedelijke bevolking geen toegang tot drinkwater: een dreigende waarschuwing voor de drastische verandering die nodig is om Uruguay haar drinkwater te laten behouden.

7 min leestijd

(WRM Bulletin 267 25 Oktober 2023, vertaling Tijn van Beurden, foto Stuart Demmer, Flickr CC2.0)

Vanaf mei 2023 werd Uruguay geconfronteerd met een ongekende watercrisis die meer dan 60 dagen duurde. Bijna de helft van de bevolking, die in het grootstedelijk gebied woont, had geen toegang tot drinkwater. Er waren meerdere redenen voor deze crisis. De meest voor de hand liggende reden, die ook het meest wordt genoemd, zowel in de media als door politici, was de langdurige droogte die het land doormaakte. Maar bij sociale organisaties weten we echter dat deze crisis te wijten was aan een gebrek aan planning en slecht landbeheer. En hoewel de drinkwatervoorziening is hersteld, is de watercrisis waarmee het land wordt geconfronteerd niet opgelost.

Industriële boomplantages

In Uruguay, een land van slechts 17 miljoen hectare, zijn er bijna 1,3 miljoen hectare industriële boomplantages, meestal bestaande uit twee soorten: dennen en eucalyptus. Een handvol ondernemingen zijn actief in het land. Opvallend daarbij zijn de Finse UPM, de Zweeds-Finse Stora Enso en de Chileense Arauco; evenals verschillende investeringsfondsen in de sector, waaronder GFP (Global Forest Partners), BTG Pactual Timberland Investment Group, The Rohatyn Group, Liberty Mutual en Stafford. Daarnaast hebben UPM en Montes del Plata (een bedrijf dat in 2009 is ontstaan uit de fusie van Arauco en Stora Enso) drie pulpfabrieken geïnstalleerd, met een totale jaarlijkse productie van ongeveer vijf miljoen ton pulp.

Sinds het monocultuurmodel voor het planten van bomen zich in het land begon uit te breiden, zijn er aanzienlijke negatieve gevolgen geweest. Een van de zwaarste gevolgen voor producenten op het platteland, die volledig omringd zijn door plantages, is de negatieve impact op binnenwateren. Omdat ze niet in staat waren om dit op te lossen en dus niet op hun land konden produceren, verlieten veel van deze agrarische producenten gedwongen hun land.

Naar aanleiding van de ontkenning van de effecten van de plantage expansie, speelde de Universiteit van de Republiek een cruciale rol, omdat ze gegevens verschafte voor het debat. Academische studies waarschuwen voor een afname van 50 procent van de waterstroom als onze stroomgebieden worden beplant met boomplantages (1). Zelfs het huidige onderzoek van bosbouwbedrijven erkent een daling tot 30 procent (2 en 3).

Ondanks deze gegevens worden er nog steeds op grote schaal bomen geplant in Uruguayaanse waterrijke gebieden. Ze vervangen graslanden – of prairies – die deel uitmaken van de pampa-biotoop die zich uitstrekt over Zuid-Brazilië, een deel van Argentinië en Uruguay. Graslanden zijn ongelooflijk biodiverse, rijke ecosystemen die vitale functies vervullen (4). Het vervangen ervan door soja- of eucalyptusplantages is net zo crimineel als het kappen van de Amazone om oliepalmplantages aan te planten (5).

Sinds het begin van de jaren 1990 waarschuwt REDES- Friends of the Earth Uruguay, samen met andere organisaties en vertegenwoordigers van de academische wereld, voor de negatieve gevolgen die grootschalige boomplantages op grasland ecosystemen hebben, op water. Studies en wetgeving uit andere landen, waaronder uit Zuid-Afrika en Spanje, waar ze probeerden te voorkomen dat de waterstroom afnam, hebben bijgedragen aan deze discussie.

Bewijzen

Sinds de jaren 1990 hebben nationale studies, meestal academische, maar ook van een bedrijf uit de sector, de hydrologische cyclus van een stroomgebied met monocultuur boomplantages vergeleken met die van een stroomgebied met weilanden of graslanden. Tientallen jaren later zijn de resultaten alarmerend.

Een studie die zelfs werd gefinancierd door het Noord-Amerikaanse bosbouwbedrijf Weyerhauser, stelde vast dat in stroomgebieden met plantages “het stroomverlies van de rivier tussen de 25 en 30 procent ligt”. Weyerhauser verkocht zijn Uruguayaanse activiteiten in 2017 (2 en 3).

Ondertussen hebben andere studies (waaraan de Universiteit van de Republiek heeft deelgenomen) resultaten opgeleverd die wijzen op een vermindering van de waterstroom tot 50 procent in stroomgebieden die zijn aangetast door de plantages (6).

Hoewel de gegevens beschikbaar zijn, wordt er heel weinig gezegd over deze effecten. Erger nog, er zijn geen maatregelen genomen om deze gevolgen te voorkomen of te beteugelen, zelfs niet na de recente watercrisis.

Tijdens de 12 maanden van droogte in het land hebben de bureaucraten die verantwoordelijk zijn voor het toezicht op deze kwesties, de rol van grootschalige boomplantages of monoculturen van sojabonen bij het veroorzaken van gebrek aan water in rivieren en beken, niet genoemd laat staan geanalyseerd.

Ook alarmerend is het gebrek aan politieke wil om de resultaten van wetenschappelijke studies te analyseren en te bespreken, die keken naar de effecten van plantages op de stroming van onze rivieren, beken en grondwater. En dit ondanks alle nationale en internationale berichten die waarschuwen dat extreme gebeurtenissen steeds vaker zullen voorkomen als gevolg van klimaatverandering.

Decennialang heeft de organisatie, REDES-Friends of the Earth Uruguay, campagne gevoerd om water te verdedigen en de schadelijke effecten van boomplantages aan de kaak gesteld. Het stroomgebied van de Santa Lucía-rivier – dat uiterst belangrijk is omdat het drinkwater levert aan 60 procent van de bevolking van het land – wordt bebost. En alle tekenen wijzen op een verdere uitbreiding van het bosgebied. We hebben geëist dat de autoriteiten deze uitbreiding stoppen door de definitie van prioritaire bosgronden te wijzigen, dat wil zeggen gebieden waar boomplantages zijn toegestaan. De classificatie “prioritaire bosgronden” kwam tot stand op basis van verouderde parameters die bijvoorbeeld geen rekening hielden met de effecten op stroomgebieden. We hebben echter geen reactie gekregen.

De totale oppervlakte van het stroomgebied van de Santa Lucía-rivier is 1.347.000 hectare. Daarvan zijn momenteel 47.362 hectaren beplant (d.w.z. 3,5 procent van het totaal), die zich grotendeels in de bovenloop ten noordwesten van het bekken bevinden. Aangezien er 161.522 hectare bos-prioritaire grond is (12 procent van het stroomgebied), zal de uitbreiding van monoculturen over dit stroomgebied doorgaan. Bovendien blijft er grote druk bestaan van plantagebedrijven, met name van Montes del Plata, om bepaalde soorten bodems tot prioritaire bosbouwgronden te verklaren, dat wil zeggen gebieden waar plantages kunnen worden uitgebreid. Momenteel zijn boomplantages op dit soort land niet toegestaan, vanwege de gevolgen die ze zouden hebben. Maar bedrijven als Montes del Plata hebben echter gelobbyd om ze opnieuw te laten classificeren. Als deze herclassificering zou plaatsvinden, dan zou er 346.178 hectare extra plantages kunnen worden toegevoegd (25 procent van het stroomgebied), voornamelijk gelegen aan de bovenloop van het stroomgebied (7).

De toekomst

Klimaatverandering heeft geleid tot een toename van de frequentie van extreme gebeurtenissen, waaronder aanzienlijke perioden van droogte (8). Stijgende temperaturen hebben enorme gevolgen voor de hydrologische cyclus als gevolg van veranderingen in neerslag, verdamping en bodemvocht; en dit komt bovenop de reeds bestaande effecten van de milieucrisis. De recente droogte was een dreigende waarschuwing voor de drastische verandering die nodig is om water in Uruguay te behouden.

Daarom is het belangrijk om milieubeheer en ruimtelijke ordening van stroomgebieden in het hele land uit te voeren, en in het bijzonder in het stroomgebied van de Santa Lucía-rivier. Het zou een prioriteit moeten zijn voor de regering van Uruguay om de aanzienlijke effecten te erkennen die industriële plantages hebben op de waterwinning in stroomgebieden, en de daaruit voortvloeiende sociale en milieueffecten die deze hebben op de bevolking.

Maria Selva Ortiz en Marcel Achkar, leden van Redes – Friends of the Earth Uruguay.

* Dit artikel is een bewerking van het artikel dat oorspronkelijk op 17/02/2023 in het weekblad Brecha verscheen.

(1) Waterstroom: hoeveelheid water die gemiddeld door een rivierbedding stroomt.

(2) Technische faculteit, faculteit agronomie, Eufores S.A., Forestal Oriental S.A. (2016). Netwerk van experimentele microbekkens voor het verkrijgen van hydrologische en edafische indicatoren voor boomaanplantingen. ANII, Call for Innovative Entrepreneurs, project ALI_1_2011_1_2349. Eindverslag.

(3) Femi, M. J. «Rivers of information», En Contexto tijdschrift, F29.
(4) Jobbágy, E. G. et al. Plantations on grasslands: Towards a holistic vision of opportunities and ecological costs. Agrociencia. (2006) Vol. X N° 2 pp. 109 – 124.

(5) La Diaria, 2022, Pastizales, un ecosistema olvidado a la hora de hablar de conservación.
(6) Brecha, 2023, El impacto de la forestación en el déficit hídrico.
(7) Afdeling Milieu-informatie, Nationaal Directoraat Milieu; Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (2019). Landgebruik/landbedekkingskaart van het stroomgebied van de Santa Lucía.

(8) Diverse auteurs (2019), Climate Change and Land: an IPCC special report on climate change, desertification, land degradation, sustainable land management, food security, and greenhouse gas fluxes in terrestrial ecosystems.