Vrouwelijke arbeiders extra getroffen door liberalisering
Volgens een onderzoek van het Afrikaanse instituut GERA (Gender and Economic Reforms in Africa) heeft beleid gericht op economische liberalisering geleid tot specifiek verslechtering van de arbeidsomstandigheden van vrouwen. De achteruitgang was bij vrouwen sterker dan bij mannen die onder vergelijkbare omstandigheden moesten werken.
GERA onderzocht de verandering in de arbeidsomstandigheden gedurende een half jaar in twee landen in 2002. Zo werden de arbeidsomstandigheden onderzocht in de schoenenindustrie in Zuid Afrika en in fabrieken in de vrijhandelszones in Madagaskar. In beide landen wordt een sterk neoliberaal economisch beleid gevoerd.
De Zuid-Afrikaanse regering besloot sinds 1994 de importtarieven drastisch te verlagen. Volgens het ministerie van Handel en Industrie zou dat tot economische groei leiden, waarna de tarieven naar believen weer aangepast zouden kunnen worden. De regering van Madagaskar probeerde vooral buitenlandse investeerders aan te trekken door de instelling van speciale productiezones met voordelige belastingvoorwaarden voor investeerders.
In het geval van Zuid Afrika leidde het beleid tot sterke groei van import uit met name Azië, die de locale productie van schoenen in KwaZulu Natal en West Kaap benadeelde. In Madagaskar betekende het juist een sterke groei van het aantal buitenlandse bedrijven (van 12 in 1990 naar meer dan 2000 in 2000). Maar vreemd genoeg maakt het allemaal weinig uit voor de arbeiders, of zoals het onderzoeksrapport het stelt: “workers in both countries have to confront similarly harsh realities in response to their respective industries’ attempt to become globally competitive.” Het rapport gaat gedetailleerd in op de nadelige effecten voor de arbeiders, en dan speciaal de vrouwen onder hen. Lees het verder in het Engels: Website GERA
Bron: Third World Network
(Dit artikel was oorspronkelijk op GlobalInfo gepubliceerd door globalinfo.)