Wat is mijn bias?
Op Economielinks schrijf en verzamel ik economische stukken, maar echt objectief ben ik niet. Wat is mijn bias? En wat is economie eigenlijk?
(De bron van dit artikel)
Wat is economie? Wetenschap of ideologie?
Economen pretenderen graag objectief te zijn. Je hoort politici wel eens zeggen “economen zijn het erover eens dat…” of “dit is economisch verstandig beleid”.
Gelukkig zijn er eerlijkere mensen op de wereld die erkennen dat economie vaak ook maar een mening is, vaak gebaseerd op een bepaalde ideologie. Sterker nog, economie is geboren uit meningen.
Zoals ik leerde tijdens een bachelorcursus over de geschiedenis van de economische wetenschap in Backhouse (2002) waren de eerste economen de Engelse politici die hun politieke meningen onderbouwden met wetenschappelijk ogende argumenten. Het waren rijke landheren als David Ricardo die zich sterk bemoeiden met het parlementaire proces, die nu beschouwd worden als de grondleggers van de economie.
Net als vroeger is de economische wetenschap sterk verweven met politieke meningen en belangen. Een documentaire als Inside Job (2010) toont hoe vooraanstaande economische academici verweven zijn met politiek en bedrijfsleven.
En wie kent niet het verhaal van Milton Friedmans volgelingen – de Chicago Boys – die het neoliberaal beleid van de gewelddadige dictator Pinochet in Chili in de jaren zeventig goedpraatte met economische argumenten. “Het is misschien pijnlijk, maar een economisch verstandig beleid” zeiden ze over een land waar duizenden dissidenten werden geëxecuteerd en gemarteld, nadat de democratisch gekozen socialistische regering van Salvador Allende was omvergeworpen.
Dit betekent niet dat er niets wetenschappelijks is aan de economie. Feiten spelen een rol. Zo wordt Pinochets beleid wel eens het “Miracle of Chile” genoemd omdat het door Friedman geadviseerde neoliberale beleid Chili grote economische groei zou hebben gebracht. Maar de cijfers tonen dat economische groei gemiddeld hoger was voor en na Pinochet.
Deze economische feiten kunnen een rol spelen in een politiek debat over wat economisch verstandig beleid is. Een werk als Kicking Away the Ladder (2003) van Ha-Joon Chang dat aantoont dat economische groei hoger was in protectionistische tijdperken dan in liberale tijdperken is wat mij betreft een goede wetenschappelijke weerlegging van het heersende idee dat vrijhandel altijd economische groei stimuleert.
Niet dat cijfers altijd wetenschappelijk en objectief zijn. De 19e eeuwe Britse premier Benjamin Disraeli zou volgens schrijver Mark Twain ooit gezegd hebben ”there are three kinds of lies: lies, damned lies, and statistics.” Dat geldt voor economie niet minder. Na een paar cursussen econometrie is het iedereen duidelijk dat er voor elke politieke mening wel wat economische cijfers te vinden zijn.
John Perkins bekende in zijn autobiografisch Confessions of an Economic Hitman (2004) dat hij jarenlang regeringen bedroog door ze te rooskleurige cijfers te presenteren over de economische groei die een bepaalde investering zou opleveren, investeringen waar vooral de lokale elite en buitenlandse aannemers rijker van zouden worden.
Zelfs achter ogenschijnlijk objectieve cijfers als ‘inflatie’ of ‘BNP’ ligt een bepaalde politiek. Zelfs de manier waarop inflatie berekend wordt is gerelateerd aan politieke belangen, legt Dean Baker (2011) uit. En wie had gedacht dat het feit dat we momenteel vooral naar BNP (Bruto Nationaal Product) kijken in plaats van naar BNI (Bruto Nationaal Inkomen) samenhangt met neo-koloniale kwesties? Joseph Stiglitz legt uit waarom.
Oftewel, economie blijft een kwestie van interpretaties die afhankelijk zijn van bepaalde vooroordelen of een bepaalde politieke agenda.
Toch is het een essentiële en onmisbare ‘wetenschap’, want hoe we de productie en distributie van goederen en diensten organiseren raakt letterlijk ieder levend wezen op aarde, vooral nu onze economieën via klimaatverandering elke vierkante meter op aarde beïnvloeden.
Des te meer omdat de economische crisis voortduurt is het belangrijk dat meer mensen zich met het economische beleid gaan bemoeien om te voorkomen dat het economisch debat gekaapt blijft door mensen die politieke belangen blijven verdedigen met zogenaamd puur wetenschappelijke argumenten.
Wat is mijn bias?
Met welke bias zal ik op deze website schrijven? Met welke bias selecteer ik mijn cijfers en laat ik resultaten die me niet bevallen weg? Ik heb natuurlijk ontelbaar veel vooroordelen en meningen. Hieronder de drie die het meest relevant zijn voor wat ik op deze website zal publiceren.
Ten eerste geloof ik niet dat marktwerking mensen eerlijk beloont voor hun werk of het meest efficiënte, meest wenselijke model is om onze productie en distributie door te laten leiden. Ten tweede prefereer ik democratie boven dictatuur, maar denk ik dat echte democratie pas bereikt is als er significant meer democratie op de werkvloer ontstaat, binnen bedrijven. Ten derde geloof ik dat klimaatverandering en andere ecologische problemen genoeg wetenschappelijk zijn aangetoond om er rekening mee te houden in ons economisch beleid.