Het neoliberalisme en de schuld
Op de website De Correspondent wordt uitgelegd dat neoliberalisme bestaat en wat het probleem ervan is. Maar Foppe de Haan is niet tevreden over de analyse en wijst erop dat de analyse tekort schiet.
(Bron: facebookpagina van Foppe de Haan, het stuk van de Correspondent vind je hier, illustratie van website films for action)
Als eerst, het is ronduit beschamend dat dit artikel de SP simpelweg weglaat uit de opsomming van critici van het neoliberalisme.
Dan over de inhoud. De auteurs gaan al in de inleiding de mist in: “Wie scherpere kritiek op deze invloedrijke politieke stroming – in het buitenland én in Nederland – wil hebben, moet niet alleen weten dat neoliberalisme bestáát. Zij moet ook weten hoe het verschilt van klassiek liberalisme, dat het individuele vrijheid voor iedereen belooft, en waarom Ruttes ‘participatiemaatschappij’ de kroon op het neoliberale werk is.”
Het is onmogelijk om neoliberalisme “scherp” te bekritiseren, als je het alleen wilt afzetten tegen “klassiek liberalisme”, dat heel bewust ruimte maakte voor kolonialisme, slavernij, imperialisme, en uitbuiting (primair via ‘res nullius’). En los van of je Marxisme en/of socialisme omarmt, is het bijster misleidend om als academici te beweren dat klassiek liberalisme het enige denkbare alternatief is. Je kunt ook beginnen bij “Van ieder naar zijn vermogen, aan ieder naar zijn behoeftes”, en kritiek geven op het hele liberale systeem van uitbuiting van de natuur en andere mensen die je als “minder” ziet of behandelt.
En dan wordt al snel duidelijk dat wat er sinds 1938 is gebeurd, niet zozeer is dat neoliberale kapitalisten inzagen “dat het principe van laissez-faire niet langer toereikend was” om een “vrije markt” (is het nooit geweest) te “laten voortbestaan” (heeft nooit bestaan), maar dat ze inzagen dat ze ontzettend veel rijker konden worden door een grote staat te omarmen, en deze te gebruiken enerzijds als spaarvarken, en anderzijds als enforcer (inclusief internationaal, via imperialisme).
Met betrekking tot het verband tussen kapitalisme en imperialisme is deze uitspraak van Woodrow Wilson uit 1907 verfrissend eerlijk, en helaas nog immer uiterst relevant: “Since trade ignores national boundaries and the manufacturer insists on having the world as a market, the flag of his nation must follow him, and the doors of the nations which are closed must be battered down. Concessions obtained by financiers must be safeguarded by ministers of state, even if the sovereignty of unwilling nations be outraged in the process. Colonies must be obtained or planted, in order that no useful corner of the world may be overlooked or left unused.”
Bewijs voor de nieuwe kijk op hoe de rijken en het bedrijfsleven de staat willen gebruiken vinden we door te kijken naar de omvang van de nationale begrotingen sinds Reagan: grote bedrijven en rijkelui betalen een steeds kleiner deel van hun inkomen en van de belastingen (grote bedrijven ondertussen slechts zo’n 2% ipv 20% van de totale Amerikaanse belastinginkomsten); de uitgaven aan sociale programma’s zijn enorm gedaald, en veel publieke taken — en publiek bezit — zijn geprivatiseerd. Echter: de begroting is er nauwelijks kleiner — zelfs groter — op geworden, alleen gaat het geld nu naar (voornamelijk grote) bedrijven, terwijl controleorganen (NVWA, AFM, ACM, enz.) worden uitgekleed en geconsolideerd, en haar personeel steeds minder vaak en sterk ingrijpt (na 2008 zo goed als geen bankier gearresteerd, laat staan vervolgd, terwijl de veel kleinere S&L crisis zo’n 1000 veroordelingen opleverde).
Een klein Nederlands moralistisch voorbeeld van die begrotingsverschuiving zien we hier. De verschuiving die Bregman daar beschrijft vond niet plaats omdat men hoopte meer werklozen aan het werk te krijgen, maar om werklozen te verarmen en vernederen, ter verrijking van (Calvinistisch) “disciplinerende” ambtenaren en de consultancysector. Dit gebeurt omdat dit in het morele plaatje past van de Calvinistische liberale kapitalist, die vindt dat werklozen niet deugen, en moeten worden bestraft voor hun werkloosheid. (En merk op dat hetzelfde gebeurt in de bijstand met de verplichte tegenprestatie, enzovoorts.)
Een ander middel dat kapitalisten gebruiken om publiek bezit te privatiseren, is schuld. Denk in dit kader aan hoe de EU jarenlang wegkeek terwijl de Griekse staat schuldpapier verkocht aan Franse & Duitse banken (die rijk werden van de rentebaten), om vervolgens (toen dit “schandaal” uitkwam) af te dwingen dat de Grieken hun publiek bezit verkopen aan private partijen, dat ze op de lonen en pensioenen bezuinigen, enzovoorts. En dit doen neoliberalen al decennia zo. Michael Parenti (Dirty Truths): “One rollback weapon is debt. Third World governments are burdened with huge debts and desperately strapped for funds. In order to meet payments and receive new credits from the U.S.-dominated World Bank and International Monetary Fund (IMF), these governments have had to agree to heartless “structural adjustment programs;” including reductions in social programs, cuts in wages, the elimination of import controls, the removal of restrictions on foreign investments, and the privatization of state enterprises.”
Als laatste is (dus) ook de vraag die de auteurs in de conclusie stellen misleidend: “Ten slotte rest de vraag wat het neoliberalisme in de praktijk aan al die monopolies heeft kunnen doen.”
Neoliberalen doen niets tegen oligopolisering omdat zij geloven dat de “winnaars” hun macht en positie “verdienen”. Zoals Harvey (en Graeber in Bullshit Jobs) zegt, “neoliberalism is a political project.”
Kort gezegd, zij staan dit toe omdat zij geloven in meritocratie als moreel organiserend principe van de maatschappij, waarbij ze niet alleen “de beteren verdienen meer”, maar ook de keerzijde omarmen: de “minderen” “verdienen” “minder”.
(Over de samenhang tussen neoliberalisering en bureaucratisering heb ik hier iets proberen te schrijven